Tuesday, June 29, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 1c

Hieronder hoofdstuk 1c van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 1. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 1b, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

1c


Kees keek op van zijn krant, en vroeg: 'Was dat Riet Ploeters?'

Leo knikte.

'Goeie ouwe Riet. Heeft ze weer gewandeld van het weekend?'

'Ja,' zei Leo.

'Zelf wandel ik bijna nooit meer. Vroeger wel. In militaire dienst heb ik heel wat afgewandeld. Sowieso van de barakken naar de toiletten, en weer terug. En van de barakken naar de recreatiezaal, waar ik veel heb gepingpongd. Ken je dat, pingpong?'

'Jazeker.'

'Ik was één van de beste pingpongers van mijn lichting. Totdat ik trouwde met mijn ex-vrouw. Die verbood me om te pingpongen. Dat heeft allemaal niet lang geduurd, want ik kan niet zonder nu en dan een potje tafeltennis. Heb jij een ex-vrouw?'

Leo schudde zijn hoofd.

'Houden zo. Ex-vrouwen kosten alleen maar alimentatie. Heb je ook geen vrouw?'

'Nee.'

'Gelijk heb je. Vrouwen kunnen ex-vrouwen worden. Heb je dan misschien een vriendin?'

Leo schudde zijn hoofd.

Kees bekeek hem aandachtig, en zei: 'Mis je dat dan niet?'

'Niet echt.'

'Ach, misschien komt dat nog. We hebben hier hele aardige vrouwen van jouw leeftijd werken: Samantha Hambourge en Tracy Lamshoofd. Je zult ze vanzelf leren kennen, als je hier tenminste blijft werken.' Hij nam een slok van zijn koffie.

Leo haalde zijn werkschema er weer bij, en zei: 'Ik zie ze op mijn schema staan, ja.'

'Ook onder de bellers zitten leuke vrouwen. Die kom je vanzelf wel tegen, als je hier blijft werken. Zelf heb ik een zwak voor Coby, maar dat moet je haar maar niet vertellen. Het is nog te pril om dat te doen.'

'Hoe is dat gekomen?'

'Doordat ze een keer tegen me zei: “Kees, je bent me er een”.'

'Waarom zei ze dat?'

'Dat weet ik niet meer.' Kees dacht na, en vervolgde: 'Soms heb ik een slecht geheugen. Vooral op koude dagen. Gelukkig is het nu niet koud. Heb jij vaak last van kou?'

'Vooral in de winter,' zei Leo.

'Ja, de winter. Niet mijn favoriete seizoen. Ik word er altijd melancholisch van.'

'Dat kan ik me voorstellen. Wat doe je eraan?'

'Veel pingpongen. En de vaat doen. Als een huis niet schoon is, wil ik er niet wonen. Woon jij in Zoetermeer?'

Leo knikte.

'Ik ook,' zei Kees. 'In een doorleunwoning.'

'Een doorleunwoning?'

'Ja. Ik krijg regelmatig mijn kinderen op bezoek. Die leunen vaak tegen de muur aan. Vandaar doorleunwoning. We doen ook altijd spelletjes. Scrabble, Rummikub, of Moeder Hou Je Schort Aan.'

'Moeder Hou Je Schort Aan?'

'Ja. Dan bellen we met vervormde stem naar mijn ex-vrouw en stellen we haar de meest bizarre vragen. Dat vindt ze altijd prachtig. Maar mijn jongste zoon, Reginald, wil nog weleens gaan huilen. Hij wil me niet vertellen waarom. “Dat is mijn geheim,” zegt hij dan altijd.'

'Hoe heet je ex-vrouw?'

'Jocelyn. Naar Jocelyn GΓΆbke, de beroemde basketbalster.'

'Nooit van gehoord,' zei Leo.

'Je moet haar goed kennen. Ze is 2 meter 10, en kan dunken als de beste. De ouders van mijn ex zijn volbloed basketbalfans. Waarschijnlijk omdat ze zelf ook erg lang zijn. Mijn ex is maar 1 meter 65. Lengte is blijkbaar niet erfelijk.'

'Dat lijkt mij ook niet,' zei Leo. 'Anders zou iedereen wel even lang zijn.'

'Precies,' zei Kees. Hij nam een slok van zijn koffie, bekeek Leo, en zei: 'Ik denk dat jij het hier wel lang gaat volhouden.'

'Dank je.'

'Laten we nu de krant gaan lezen, vΓ³Γ³r het te laat is.' Ze schoven allebei hun krant naar zich toe. Leo begon te lezen in een artikel over Vincent van Gogh en diens invloed op de telefoonindustrie.

 


Klik hier voor hoofdstuk 1d!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, June 22, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 1b

Hieronder hoofdstuk 1b van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 1. Lees eerst hoofdstuk 1a, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

1b


Leo nam op, en zei: 'Met de Kleplijn, Leo de Ketter spreekt u mee.'

'Leo de Ketter?' zei een krakende vrouwenstem. 'Ben jij nieuw?'

'Ja,' zei Leo.

'Oh. Mijn naam is Riet Ploeters.'

'Dag, Riet. Wat kan ik voor u doen?'

'Och, ik wilde gewoon eens een praatje maken. Kan dat?'

'Natuurlijk.'

'OkΓ©. Afgelopen zaterdag ben ik wezen wandelen met Geesje Leenschaar. Daar wilde ik graag wat morele ondersteuning bij.'

'En Geesje Leenschaar is...?'

'Ach ja, die kent u natuurlijk niet. Geesje is een vriendin van mij. We hebben elkaar leren kennen op de middelbare school. Ze belt ook geregeld naar jullie. Misschien treft u haar binnenkort. Tenminste, als u ook op dinsdag werkt. Dan belt ze meestal.'

'Ik zal kijken. Maar daar bent u dus mee wezen wandelen? Of mag ik “je” zeggen?'

'Natuurlijk. Ik ben nog maar zesenvijftig. Hoe oud bent u?'

'Vijfendertig.'

'Zeg dan maar “je”. Als ik ook “je” mag zeggen tegen jou.'

'Uiteraard,' zei Leo.

'Prima. En ja, ik ben met Geesje wezen wandelen. Op de Veluwe. Ik heb toen nog een steentje in mijn rechterschoen gekregen. Die heb ik eruit gehaald zodra we een bankje tegenkwamen. Op de Veluwe heb je veel bankjes.'

'Dat geloof ik graag,' zei Leo. 'Enig idee hoe dat steentje in je schoen terechtgekomen is?'

'Nee,' zei Riet. 'Het zou best kunnen dat ie er al in zat, maar dat ik het pas ben gaan merken toen we eenmaal goed op dreef waren. Ik heb zeer ongevoelige voeten, omdat ik ze altijd in een warm badje steek. Dat heb ik geleerd van mijn ex. Die had vaak last van wintertenen. Maar goed, toen het steentje eruit was konden we weer verder lopen. Op een gegeven moment begon Geesje te zweten. Ik vroeg of het wel goed ging. Ze keek angstig om zich heen en zei: “We zullen dit toch wel overleven?” Ik zei: “Natuurlijk. Waarom zouden we dit niet overleven?” Geesje is een beetje van het angstige type. Dat heeft ze van haar vader. Die was altijd figurant in oorlogsfilms als Gooi je helm maar in het water en Wanneer de kanonnen bulderen, zijn meest bekende. Maar goed, Geesje zei dat ze bang was om te verdwalen. “Maar ik ben toch bij je?” zei ik. Dat stelde haar weer enigszins gerust. Tot we op een gegeven moment echt verdwaald waren. Uiteindelijk hebben we de uitgang gevonden door de weg te vragen aan een boswachter. We zaten maar vijfhonderd meter uit de route. Er is dus niets mis met mijn richtingsgevoel, dat blijkt maar weer.'

'Houden zo,' zei Leo.

'Ga jij weleens wandelen?'

'Soms. Dan wandel ik door de wijk, of naar de supermarkt. Maar meestal niet door natuurgebieden.'

'Hou je niet van de natuur?'

'Dat hangt ervan af.'

'Ik niet. Maar Geesje wil er graag heen, dus geef ik maar toe.'

'Hoelang kennen jullie elkaar al?'

'Dat moet toch wel een jaar of veertig zijn. Ja, veertig jaar. Eigenlijk zouden we dat moeten vieren, maar Geesje is niet echt een vierder. Ze is altijd bang dat, als er een taart is, er iemand uit springt, terwijl ik altijd taarten koop waar niet eens een lilliputter in past. En ik geloof ook niet dat ze in kabouters gelooft. Dat zie je vaak bij angstige mensen, dat ze in paranormale dingen geloven, maar Geesje niet. Ze gelooft in de vrije marktwerking van de economie, behalve als ze jarig is. Dan gelooft ze in het socialisme. Je moet met je tijd meegaan, dat is waar.'

'Heeft ze ook een mobieltje?' vroeg Leo.

'Ja. Ze is hem alleen steeds kwijt. Dan belt ze hem met haar vaste telefoon, om te luisteren waar hij is. Dat kan soms wel dagen duren. Zelf heb ik geen mobiel. Ik wil niet afhankelijk zijn van technologie. Een vaste telefoon, een tv, een magnetron, een strijkijzer, meer komt er bij mij thuis niet in.'

'En een wasmachine…?'

'Ja, ook. Maar verder niets. Mensen zouden soberder moeten leven, dan blijft er meer over voor de armen. De armen hebben het al moeilijk genoeg. Zelf ben ik niet arm, maar het scheelt niet veel...' Ze hoestte, en vervolgde: 'Ik vond het een leuk gesprek, maar ik moet nu weer ophangen, want de buurman staat voor de deur. Dag, Leo.'

'Dag, Riet.' Leo hing op.

 


Klik hier voor hoofdstuk 1c!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, June 15, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 1a

Hieronder hoofdstuk 1a van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het begin van hoofdstuk 1, en van dit verhaal. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen


1a


Om niet teveel te vereenzamen was Leo de Ketter, een 35-jarige ex-student, gaan werken bij de Kleplijn. Althans, vandaag, een maandag, was zijn eerste werkdag bij deze telefoonlijn voor mensen die om een praatje verlegen zaten. De sollicitatieprocedure had weinig voorgesteld. Leo had alleen maar een gesprek gevoerd met de baas van de Kleplijn, Hans Wieldop, en die had hem meteen aangenomen. Hij had hem zijn werkplek gewezen en gezegd dat hij daar maandag, vandaag dus, moest gaan zitten en de telefoon opnemen als er gebeld werd. Zodoende zat Leo de Ketter achter zijn bureau, op een leren bureaustoel, die luxe aanvoelde. Hoe zou deze dag gaan lopen? Hopelijk een beetje prettig.

Algauw hoorde hij voetstappen, die dichterbij kwamen. Een ongeveer 53-jarige grijsaard met een bierbuik en een tas kwam binnenlopen. 'Goedemorgen,' zei de man, en bekeek Leo aandachtig.

'Goedemorgen,' zei Leo.

'Jij bent zeker Leo de Ketter.'

'Dat klopt. En jij bent Kees Vinketeen?'

'Inderdaad.' Kees gaf Leo een hand. 'Aangenaam.'

'Insgelijks.'

Kees ging zitten op de werkplek tegenover die van Leo, en zette zijn tas naast zich neer.

'Werk je hier al lang, Kees?'

'Vanaf het allereerste begin. Dat is nu toch al zo'n tien jaar.'

'Naar tevredenheid?'

Kees knikte. 'Je moet goed weten waar je het over moet hebben. Zodra je dat weet gaat het wel. Maak je maar geen zorgen, ik leid je er wel doorheen.'

'OkΓ©. Bedankt.'

'Graag gedaan.' Kees boog opzij, haalde enkele kranten uit zijn tas, en legde deze voor zich neer. 'We lezen hier altijd de krant,' zei hij.

'Waarom?'

'Om op de hoogte te blijven. Een Kleplijner die niet weet wat er speelt in de wereld is die naam niet waardig. Wil je zelf misschien ook een krant lezen?'

Leo knikte.

Kees haalde Het Nieuws van Nu van de stapel en gaf hem aan Leo.

'Dank je,' zei deze, en vouwde de krant voor zich uit.

'Hoe was je weekend?' vroeg Kees nu.

'Goed. Ik ben naar de bioscoop geweest.'

'Aha. Naar welke film?'

'Over The Hill.'

'Over The Hill... Dat zegt me wel iets. Speelt Katja Kruimel daarin mee?'

'Ik dacht het niet,' zei Leo. 'Ik heb haar in ieder geval niet voorbij zien komen.'

'Dan zal het wel niet. Als ik Katja zie moet ik altijd denken aan Indisch eten.'

'Dat kan ik me voorstellen.'

Kees keek naar de koffieautomaat, die rechts van de deur stond, en vroeg: 'Koffie?'

'Doe maar.'

Kees liep naar de automaat en schonk twee bekertjes koffie in. Hij zette één daarvan op Leo's bureau neer. 

'Dank je,' zei Leo, en vroeg: 'Drinken jullie vaak koffie?'

Kees knikte. 'Coby spant de kroon. Die drinkt wel acht koppen per dag.'

'Welke Coby?'

'Coby Holbeen. Je collega van morgenochtend. Als je hier dan tenminste nog werkt.'

'Ach ja,' zei Leo. Hij haalde zijn werkrooster uit zijn linker kontzak en zag de naam staan, bij de dinsdagochtend. 'Is ze aardig?'

'Heel aardig. Alleen drinkt ze teveel koffie. Maar dat moet je haar maar vergeven. Ze heeft ook zoveel aan haar hoofd. Zonder koffie hou je dat niet vol.'

Leo wilde vragen wat Coby dan allemaal wel niet aan haar hoofd had, maar besloot dat onderwerp nog even te laten rusten, voor als hij het ooit nodig zou gaan krijgen. Hij keek naar de telefoon op zijn bureau, een grijze met zilveren druktoetsen, en zei: 'Echt veel wordt er niet gebeld.'

Kees knikte. 'Meestal bellen ze om even na negenen.'

Leo keek op zijn horloge: drie minuten over negen. Prompt begon zijn telefoon te rinkelen.



Klik hier voor hoofdstuk 1b!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Nieuwe roman: 'De Kleplijn'!

Geachte lezer,


maak kennis met mijn nieuwe humoristische roman, 'De Kleplijn', die ik de komende tijd als vervolgverhaal hoop te publiceren op deze website.


'De Kleplijn' gaat over Leo de Ketter, een 35-jarige ex-student die, om niet teveel te vereenzamen, aan de slag gaat als telefonist bij de Kleplijn.

De Kleplijn is een telefoonlijn voor mensen die om een praatje verlegen zitten.

Er heerst een maffe bedrijfscultuur, en Leo’s collega’s en klanten hebben allemaal hun eigen tics en (on)hebbelijkheden.

Hoe zal het Leo vergaan in dit oerwoud van ongefilterde waanzin?

Lees gratis mee en ontdek het.


Veel leesplezier, en laat me weten wat je ervan vindt.


Naar hoofdstuk 1a van 'De Kleplijn'