Hieronder
deel 36 van 'Gesprekken met Jan en alleman'. Dit is het begin van hoofdstuk 12. Veel
leesplezier! Lees ook deel 1 t/m 35 (als je dat nog niet gedaan hebt), en laat me weten wat je ervan vindt!
12
De volgende dag was
het maandag. Tijd om naar de Super Duper te gaan voor de nodige
boodschappen. Na de gebruikelijke ochtendhandelingen ging Ivo op weg.
Halverwege begon zijn mobiel te rinkelen. Hij nam op.
“Nee, Servaas.
Ik ben net op weg naar de supermarkt om boodschappen te gaan doen.”
“Kun je niet
eerst bij mij langs?”
“Nee.”
“En vanmiddag?
Heb je dan tijd?”
“Vanmiddag wil
ik gaan schrijven.”
“Aan je roman?”
“Ja.”
“Hoe ver ben je
al?”
“Niet ver.”
“Oh. Komt dit
gesprek er ook in?”
“Waarschijnlijk
niet, Servaas. Ik heb besloten een puur fictieve roman te gaan
schrijven.”
“Dus ons vorige
gesprek komt er ook niet in?”
“Nee.”
“Jammer. Maar:
even goede vrienden. Heb je zaterdag nog naar Studio Sport gekeken?”
“Nee.”
“Spijtig. Als je
goed keek kon je mij in het publiek bij de wedstrijd Heracles-VVV
zien zitten. Maar dat heb je dus niet gezien.”
“Nee.”
“VVV heeft,
sinds ze gelijk speelden tegen PSV, voorgoed mijn hart gestolen. Ik
hoop dat ze in de Eredivisie blijven. Ga jij wel eens naar
voetbalwedstrijden, Ivo?”
“Nee, nooit.”
“Dan wordt dat
de hoogste tijd. Aanstaande zondag speelt VVV tegen Roda JC. Heb je
zin om dan mee te gaan?”
“Liever niet,
Servaas. De zondag is voor mij een rustdag.”
“Ach zo. We
kunnen ook een keer op een zaterdag gaan. Ik hou je wel op de hoogte.
Je moet echt een keer een wedstrijd van VVV meemaken. Ze spelen zeer
aantrekkelijk voetbal.”
“Dat zal best,”
zei Ivo.
“Normaal
gesproken ga ik altijd met een goede vriend van mij, maar die heeft
vrijdag totaal onverwacht zelfmoord gepleegd.”
“Gecondoleerd,”
zei Ivo.
“Dank je,” zei
Servaas. “Ik ben er nog steeds een beetje ondersteboven van. Trek
het je maar niet aan, daar kun jij ook niets aan doen. Met de zaken
gaat het in ieder geval nog goed. Dat is het allerbelangrijkste.
Servaas Knols Rariteitenkabinet, die blijft nog wel even bestaan. Heb
je onze website al bezocht?”
“Nee.”
“Jammer. Anders
had je kunnen lezen dat ik een zakdoek van wijlen Harry Mulisch in de
aanbieding heb. Dat zal jou, als schrijver, vast wel interesseren.”
“Niet echt.”
“Nee? Dan
misschien een zakdoek van een andere schrijver?”
“Nee. Ik heb
genoeg zakdoeken.”
“Nou ja, dan
moet je het zelf maar weten. Mocht je je bedenken: je hebt mijn
nummer. Ik vind het wel jammer dat je vanmiddag geen tijd hebt. Die
cd van jou ligt hier maar te liggen. Af en toe lijkt het net alsof ik
hem – heel gek – hoor huilen.”
“Dat zal wel
verbeelding zijn.”
“Misschien. Het
kan ook mijn buurvrouw zijn. Die heeft nog steeds geen reactie
gekregen op haar brief aan Jim Henson. In die brief heeft ze hem ten
huwelijk gevraagd, maar ik denk niet dat Jim daar op ingaat,
aangezien mijn buurvrouw zo labiel is als wat. Of had ik dat al
verteld?”
“Nog maar ÊÊn
keer, Servaas.”
“Oh. Ik moet nu
ophangen, want volgens mij staat ze op mijn voordeur te bonzen. Tot
horens of tot ziens maar weer.”
“Dag, Servaas.”
Ivo hing op en stopte de mobiel weer terug in zijn binnenzak.
(c) Copyright Tom Betoek 2013. All rights reserved.
No comments:
Post a Comment