Hieronder deel 13 van de humoristische roman De praatjesmaker. Dit is het slot van hoofdstuk 3. Lees eerst deel 1 t/m 12, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!
Mamzuka keek naar haar letterbordje, dacht na, keek toen nog eens, en legde uiteindelijk het woord “doos” neer. 'Doos,' zei Mamzuka, en wisselde ondeugende blikken uit met Treesje.
Bert telde het aantal punten dat Mamzuka had behaald. 'Vier,' zei hij, en fronste afkeurend zijn voorhoofd. 'Je had veel meer punten kunnen halen.'
Mamzuka haalde haar schouders op, en zei: 'Het gaat me niet om de punten.'
'Wat heeft je doen besluiten om dit woord neer te leggen?' vroeg Treesje nu aan Mamzuka.
'Dat zal ik uitleggen,' zei Mamzuka, schraapte haar keel, en begon te vertellen. 'Toen ik een keer thuiskwam van school – ik was toen een jaar of twaalf – zag ik een kartonnen doos op de eettafel staan. Ik liep dichterbij, en keek erin. Wat bleek? Er zaten zes jonge poesjes in. Van die schattige kleine. Mijn vader zei: “Daar mag je er één van uitzoeken.” Ik zei: “Waarom maar één? Ik wil ze allemaal!” Maar mijn vader was onverbiddelijk. Dus koos ik eentje uit, en noemde hem Mowgli. Eigenlijk had ik “mowgli” willen neerleggen, maar ik heb daar de letters niet voor.'
'Daarbij is “mowgli” ook een naam,' zei Bert, 'en namen mogen niet.'
'Maar om nog even terug te komen op je verhaal...,' zei Treesje. 'Wat is er met de andere poesjes gebeurd?'
'Dat weet ik niet,' zei Mamzuka. 'Waarschijnlijk verzopen. Mijn vader was een wreed man...' Ze keek somber voor zich uit en nam een slok van haar rosé.
'En Mowgli? Heeft die het lang uitgehouden?' vroeg Treesje.
Mamzuka schudde haar hoofd. 'Hij is overreden door een SRV-wagen.'
'Die rijden doorgaans niet snel,' zei Bert. 'Had de bestuurder niet kunnen uitwijken?'
'Hij deed het waarschijnlijk expres,' zei Mamzuka.
'Waaróm in vredesnaam?!' vroeg Treesje.
'Mowgli wilde nog wel eens de SRV-wagen inspringen en een ravage aanrichten. Daar was de SRV-man niet van gediend. Ik heb zien gebeuren hoe hij hem overreed. Toen hij uitstapte om Mowgli van zijn voorband te schrapen zag ik heel eventjes een triomfantelijke glimlach op zijn gezicht. De anderen zagen het volgens mij ook. Als troost gaf hij mij een pakje kauwgom, maar dat was niet genoeg om mij Mowgli te doen vergeten.'
'Wat een verschrikkelijk verhaal,' zei Treesje, en nam een slok van haar witte wijn.
'Je hebt die man toch zeker wel aangeklaagd voor moord?' vroeg Bert nu.
Mamzuka schudde haar hoofd. 'Sjaak, zoals hij heette, verzekerde ons dat het een ongeluk was. Hoe konden we het tegendeel bewijzen? Daarbij keek Mowgli ook niet uit toen hij de weg overstak, hoe vaak ik hem ook had gezegd om dat wel te doen. Maar ja, als er aan de overkant van de straat een poes liep dan móest hij daarnaartoe. Zo ook toen...'
'Wat voor poes was dat?' vroeg Treesje.
'Een Perzische korthaar genaamd Giselle, van onze overburen. Giselle heeft Sjaak later nog in de handen gebeten, maar toen was het al te laat. Mowgli was niet meer...' Ze staarde bedrukt in haar rosé.
'Heb je later nog andere huisdieren gehad?' vroeg Treesje.
Mamzuka schudde haar hoofd. 'We hebben nog een goudvis gehad, maar die was van mijn vader. Die hield erg van vissen. Voor een lekkerbekje kon je hem altijd wakker maken...'
'Ah, een lekkerbekje, daar heb ik nou ook trek in...,' zei Bert.
Treesje gaf Bert een por in zijn zij, en vroeg aan Mamzuka: 'Waarom heb je me dit nooit eerder verteld?'
'Omdat het te erg is om te vertellen,' zei Mamzuka. 'Ik had het liever niet gedaan, maar jullie vroegen er nu eenmaal naar...' Ze zweeg en nam een slok van haar rosé.
'Daar heb je natuurlijk gelijk in,' zei Treesje.
Tom had het allemaal aangehoord. Hij wist niet goed wat hij ervan moest denken. Een kater die overreden wordt door een SRV-wagen, was zoiets mogelijk? Of zaten Treesje, Mamzuka en Bert een show op te voeren? Maar waarom zouden ze dat doen?
Ondertussen begon Mamzuka te huilen.
Dan is het dus toch echt, dacht Tom. Of hoort dit bij de show?
Treesje liep naar Mamzuka toe en wreef haar over de schouder. 'Huil maar eens goed,' zei ze.
Tom begon weer last te krijgen van zijn voorhoofd. Ik moet hier weg, dacht hij. Maar kan ik dat maken, nu er iemand zit te huilen? En hij had zijn bier nog niet op. Tom dronk altijd zijn bierglas leeg, waar hij ook was. Dus bleef hij maar zitten.
Mamzuka stopte met huilen, haalde een zwarte zakdoek uit haar broekzak, en droogde haar tranen. 'Goed zo,' koerde Treesje, en aaide haar over de rug. 'Goed zo!'
Wat een vreemde situatie, dacht Tom, en nam een slok van zijn biertje.
'Wil je misschien een glas water?' vroeg Bert aan Mamzuka.
Mamzuka schudde haar hoofd. 'Ik heb nog,' zei ze, en nam een slok van haar rosé. Ze lachte, en zei: 'Jullie vinden me zeker wel vreemd omdat ik ga zitten huilen om een dood poesje...'
'Nee hoor,' zei Treesje. 'Mowgli heeft blijkbaar veel voor je betekend...' Ze aaide Mamzuka nog maar eens over de rug.
'Dat klopt,' zei Mamzuka, en snoot haar neus.
'Laten we er voor vandaag maar mee ophouden,' zei Bert. 'Dan kunnen jullie naar huis en nog wat napraten...'
'Dat is goed,' zei Treesje.
Tom, op zijn beurt, baalde dat hij geen woord had kunnen neerleggen. De volgende keer misschien, dacht hij bij zichzelf. Ze maakten een afspraak voor volgende week donderdag, om dezelfde tijd, weer bij Bert thuis. Bert vroeg Tom om zijn mobiele nummer, zodat hij hem zou kunnen bereiken als er iets tussen zou komen. Tom gaf het, zij het met enige tegenzin. Hij was er nog niet helemaal zeker van of Bert wel helemaal spoorde. Hetzelfde gold voor Treesje en Mamzuka. Maar als Tom iets geleerd had in zijn leven, dan was het om niet te vroeg te oordelen. Hij nam afscheid van het drietal en liep terug naar huis. Daar keek hij nog wat tv vóór hij naar bed ging.
Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.
No comments:
Post a Comment