Hieronder deel 34 van de humoristische roman De praatjesmaker. Dit is het begin van hoofdstuk 11. Lees eerst deel 1 t/m 33, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!
11
De volgende dag was het donderdag. Tom stond pas om half twaalf op, en nam toen snel de gebruikelijke dosis Nositol in. De zon scheen genadeloos neer op de stad. Tom was graag naar het park gegaan, maar zijn koelkast was zo goed als leeg, dus kon hij er niet onderuit om naar de Kiko te gaan voor de nodige boodschappen. Hij verzamelde alles wat hij nodig had, en ging op weg. Algauw rinkelde zijn mobiel. Het bleek zijn baas, Gerrit Kukela, te zijn. 'Tom,' zei hij, 'ik wilde eens informeren hoe het nu met je gaat...'
'Niet al te best,' zei Tom. 'Ik heb nog steeds veel last...'
'Dat meen je niet,' zei Kukela. 'Wat vervelend. Neem je wel trouw je medicijnen in?'
'Ja, meneer Kukela. Maar ik merk er weinig van...'
'Dat heeft tijd nodig,' zei Kukela. 'Bij mijn neefje, die Nositol gebruikt voor zijn ADHD, was dat ook zo. Sterker nog, de klachten werden in het begin zelfs erger. Niet alleen stak hij mensen in de ogen, maar hij sloeg ze ook de brillen van het hoofd. Gelukkig is dat nu allemaal wel minder. De wetenschap staat voor niets, Tom. Wees maar blij dat je niet in de Middeleeuwen geboren bent. Dan hadden ze niets aan je klachten kunnen doen, en was je nu misschien wel dood geweest...'
'Dood, dood. Dat weet ik nog zo net niet, meneer Kukela.'
'Slaap je nog steeds veel?'
'Ja.'
'Ocharme. Maar ja, je lichaam zal het wel nodig hebben. Ik ben zelf ook een tijdje overspannen geweest, en toen vloog ik weleens de gordijnen in. Vervolgens bleef ik daar dan enige minuten in hangen. Erg vermoeiend. Gelukkig is dat nu allemaal verleden tijd. Hang jij wel eens in gordijnen?'
'Nee, meneer Kukela...'
'Niet aan beginnen. Mijn vrouw werd er gek van. Maar jij hebt geen vrouw, toch?'
'Nee, meneer Kukela.'
'Misschien is dat maar beter ook. Natasja vertelde nog dat ze je laatst op straat was tegengekomen. Dat was een hele opluchting voor me, dat je al naar buiten mag. Frisse lucht doet een mens toch altijd weer goed. Vooral als je ziek bent...'
'Inderdaad, meneer Kukela.'
'Ik was je graag een keer komen opzoeken, maar we hebben het tegenwoordig erg druk op het werk. We zijn bezig om onze activiteiten uit te breiden naar landelijk niveau. Binnenkort openen we een vestiging in Alphen aan den Rijn. Ik vind het jammer voor je dat jij dit allemaal niet van dichtbij kunt meemaken. Daarom bel ik je maar, zodat je er toch nog iets van meekrijgt.'
'Dat is erg attent van u, meneer Kukela.'
'Graag gedaan. Ben je ergens naar op weg?'
'Ja. Naar de Kiko, voor boodschappen...'
'Tja, een mens moet nu eenmaal eten. Mijn vrouw kookt de laatste tijd vaak stamppot. Stamppot boerenkool, stamppot rauwe andijvie, stamppot spinazie, noem maar op. Ze houdt erg van stamppot. Ik hoor haar soms zelfs stampen vanuit mijn studeerkamer, waar ik vaak de krant ga lezen. In de woonkamer word ik teveel afgeleid. Lees jij wel eens de krant, Tom?'
'Nee, niet echt.'
'Ach nee, daar staat je hoofd natuurlijk niet naar. Nochtans zou ik, als ik jou was, wel proberen om niet te vervreemden van de wereld om je heen.'
'De kans dat dat gebeurt is klein, meneer Kukela. Ik heb genoeg contacten...'
'Gelukkig maar. Maar mocht je ooit om een praatje verlegen zitten, dan weet je me te vinden. Ik kan me voorstellen dat je je werk wel eens mist. Wij missen jou in ieder geval allemaal heel erg, en hopen dat je snel weer beter bent. Kom gerust een keer langs, als je toch in de buurt bent...'
'Dat zal ik doen, meneer Kukela.'
'Prima. Dan ga ik nu maar weer ophangen. Hou vol, en tot de volgende keer.'
'Dag, meneer Kukela.'
'Dag, Tom.'
Tom hing op, borg zijn mobiel op, en zette zijn weg naar de Kiko voort. Het was eeuwig zonde dat hij niet op weg was naar het park, om daar tot rust te komen. Dokter Druktrommel had hem aangeraden om vooral veel leuke dingen te doen – oké, maar dan wel met een gevulde maag. Tom voelde aan zijn buik. Die was gelukkig nog niet al te dik, waarschijnlijk van het vele lopen. Hij kon maar beter op gewicht blijven, want overgewicht bracht ook weer allerlei gezondheidsklachten met zich mee, en die moest hij er niet bij hebben. Hij had zijn handen al vol aan de klachten die hij nu had.
De volgende dag was het donderdag. Tom stond pas om half twaalf op, en nam toen snel de gebruikelijke dosis Nositol in. De zon scheen genadeloos neer op de stad. Tom was graag naar het park gegaan, maar zijn koelkast was zo goed als leeg, dus kon hij er niet onderuit om naar de Kiko te gaan voor de nodige boodschappen. Hij verzamelde alles wat hij nodig had, en ging op weg. Algauw rinkelde zijn mobiel. Het bleek zijn baas, Gerrit Kukela, te zijn. 'Tom,' zei hij, 'ik wilde eens informeren hoe het nu met je gaat...'
'Niet al te best,' zei Tom. 'Ik heb nog steeds veel last...'
'Dat meen je niet,' zei Kukela. 'Wat vervelend. Neem je wel trouw je medicijnen in?'
'Ja, meneer Kukela. Maar ik merk er weinig van...'
'Dat heeft tijd nodig,' zei Kukela. 'Bij mijn neefje, die Nositol gebruikt voor zijn ADHD, was dat ook zo. Sterker nog, de klachten werden in het begin zelfs erger. Niet alleen stak hij mensen in de ogen, maar hij sloeg ze ook de brillen van het hoofd. Gelukkig is dat nu allemaal wel minder. De wetenschap staat voor niets, Tom. Wees maar blij dat je niet in de Middeleeuwen geboren bent. Dan hadden ze niets aan je klachten kunnen doen, en was je nu misschien wel dood geweest...'
'Dood, dood. Dat weet ik nog zo net niet, meneer Kukela.'
'Slaap je nog steeds veel?'
'Ja.'
'Ocharme. Maar ja, je lichaam zal het wel nodig hebben. Ik ben zelf ook een tijdje overspannen geweest, en toen vloog ik weleens de gordijnen in. Vervolgens bleef ik daar dan enige minuten in hangen. Erg vermoeiend. Gelukkig is dat nu allemaal verleden tijd. Hang jij wel eens in gordijnen?'
'Nee, meneer Kukela...'
'Niet aan beginnen. Mijn vrouw werd er gek van. Maar jij hebt geen vrouw, toch?'
'Nee, meneer Kukela.'
'Misschien is dat maar beter ook. Natasja vertelde nog dat ze je laatst op straat was tegengekomen. Dat was een hele opluchting voor me, dat je al naar buiten mag. Frisse lucht doet een mens toch altijd weer goed. Vooral als je ziek bent...'
'Inderdaad, meneer Kukela.'
'Ik was je graag een keer komen opzoeken, maar we hebben het tegenwoordig erg druk op het werk. We zijn bezig om onze activiteiten uit te breiden naar landelijk niveau. Binnenkort openen we een vestiging in Alphen aan den Rijn. Ik vind het jammer voor je dat jij dit allemaal niet van dichtbij kunt meemaken. Daarom bel ik je maar, zodat je er toch nog iets van meekrijgt.'
'Dat is erg attent van u, meneer Kukela.'
'Graag gedaan. Ben je ergens naar op weg?'
'Ja. Naar de Kiko, voor boodschappen...'
'Tja, een mens moet nu eenmaal eten. Mijn vrouw kookt de laatste tijd vaak stamppot. Stamppot boerenkool, stamppot rauwe andijvie, stamppot spinazie, noem maar op. Ze houdt erg van stamppot. Ik hoor haar soms zelfs stampen vanuit mijn studeerkamer, waar ik vaak de krant ga lezen. In de woonkamer word ik teveel afgeleid. Lees jij wel eens de krant, Tom?'
'Nee, niet echt.'
'Ach nee, daar staat je hoofd natuurlijk niet naar. Nochtans zou ik, als ik jou was, wel proberen om niet te vervreemden van de wereld om je heen.'
'De kans dat dat gebeurt is klein, meneer Kukela. Ik heb genoeg contacten...'
'Gelukkig maar. Maar mocht je ooit om een praatje verlegen zitten, dan weet je me te vinden. Ik kan me voorstellen dat je je werk wel eens mist. Wij missen jou in ieder geval allemaal heel erg, en hopen dat je snel weer beter bent. Kom gerust een keer langs, als je toch in de buurt bent...'
'Dat zal ik doen, meneer Kukela.'
'Prima. Dan ga ik nu maar weer ophangen. Hou vol, en tot de volgende keer.'
'Dag, meneer Kukela.'
'Dag, Tom.'
Tom hing op, borg zijn mobiel op, en zette zijn weg naar de Kiko voort. Het was eeuwig zonde dat hij niet op weg was naar het park, om daar tot rust te komen. Dokter Druktrommel had hem aangeraden om vooral veel leuke dingen te doen – oké, maar dan wel met een gevulde maag. Tom voelde aan zijn buik. Die was gelukkig nog niet al te dik, waarschijnlijk van het vele lopen. Hij kon maar beter op gewicht blijven, want overgewicht bracht ook weer allerlei gezondheidsklachten met zich mee, en die moest hij er niet bij hebben. Hij had zijn handen al vol aan de klachten die hij nu had.
(c) Copyright Tom Betoek 2014-heden. All rights reserved.
Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.
No comments:
Post a Comment