Tuesday, December 28, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 8c

Hieronder hoofdstuk 8c van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 8. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 8b, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

8c


Coby keek op van haar Libelle, en vroeg: 'Was dat Ally van Culemborg?'

Leo knikte. 'Je moet de groeten van haar hebben.'

'Ach zo. Doe haar maar de groeten terug, als je haar ooit weer spreekt. Wat had ze te melden?'

'Van alles en nog wat,' zei Leo, en dronk zijn koffiebekertje leeg.

'Is ze weer op bezoek geweest bij iemand?'

Leo knikte.

Coby keek om zich heen, leunde voorover, en zei: 'Toen ik zo oud was als Ally ging ik nooit op bezoek bij vriendinnen. Daar was simpelweg geen tijd voor. Werken was het devies. En als je 's avonds laat thuiskwam van je werk, was je zo uitgeteld dat je het lef niet had om nog bij vriendinnen op bezoek te gaan...'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Ook niet in het weekend?'

Coby schudde wild haar hoofd. 'Zeker niet in het weekend. Dan moest je op bezoek bij familie. Vader, moeder, opa, oma, overgrootvader, overgrootmoeder, noem maar op. En dan 's maandags weer doorpezen in de fabriek, bakstenen recht leggen...'

Leo trok een wenkbrauw omhoog. 'Was dat leuk werk?'

'Nee. Ik deed het samen met Ferdinand. We stonden naast elkaar bij de loopband. Hij legde de bakstenen recht, en daarna legde ik ze nog wat rechter, als dat nodig was. Zo ging dat in die tijd. Je wist niet beter...'

'Is dat dezelfde Ferdinand als die van de Sensodyne?'

'Ja. Wij gaan heel ver terug, Ferdinand en ik. Jammer dat hij Estelle niet wil erkennen als zijn dochter. Hij zegt dat hij onvruchtbaar is, maar daar geloof ik niets van. Wie anders kan de vader zijn dan hij?'

Leo snoof, en zei: 'Dat weet je zelf waarschijnlijk beter dan ik.'

'In onbevlekte ontvangenis geloof ik niet. Ik kom weliswaar uit een rooms-katholiek nest, maar onbevlekte ontvangenis gaat me in mijn geval toch echt te ver. Ik hoop dat je daar begrip voor hebt.' Ze keek hem streng aan.

'Het zou inderdaad wel sterk zijn als het dat geweest is,' schamperde Leo.

'Precies. Over sterk gesproken, wil jij nog koffie?'

Leo schudde zijn hoofd. 'Nee, dank je.'

Coby liep naar de koffieautomaat, schonk een bekertje vol, en keerde terug naar haar plek. 'De koffie is lekker sterk vandaag,' zei ze, en blies in haar koffie.

'Gelukkig maar,' schamperde Leo.

'Ik denk dat Freddy iets aan de dosering van het koffiepoeder heeft veranderd. Hij doet dat wel vaker. Hij houdt van variatie. Ik ook. Ik zou niet iedere dag dezelfde soort koffie kunnen drinken. Thuis varieer ik ook veel. Met koffie, met muziek, met de puzzels die ik doe...'

'Wat voor puzzels?' vroeg Leo, al kon het hem weinig schelen wat voor puzzels Coby deed. De meeste puzzels konden hem gestolen worden.

'Legpuzzels. In alle soorten en maten. Puzzels van landschappen, dieren, planten, noem maar op. Daar ben ik uren zoet mee. Estelle houdt er helaas niet van. Kwam ze er maar eens achter waar ze wél van houdt. Ja, van drank en vriendjes. In plaats van dat ze eens fatsoenlijk werk gaat zoeken. Waar heb ik zo'n kind aan verdiend?' Ze staarde somber voor zich uit.

'Houdt zij ook van variatie?' vroeg Leo.

'Op het eerste gezicht niet. Ze wil niet eens met me mee naar de Veluwe. Terwijl dat haar goed zou doen. Eens een keer weg uit de vertrouwde omgeving, weg van alle ellende die ze steeds meemaakt. Maar ze wil niet...'

'Dat heb ik gehoord, ja,' schamperde Leo.

Coby zuchtte. 'Had ik Ferdinand maar nooit leren kennen. Dan had ik misschien een man leren kennen die wel mans genoeg is om zijn eigen vlees en bloed te erkennen. Het is dat hij weleens met Sensodyne over de brug komt, anders had ik hem allang in z'n maag gestompt...'

'Rustig, Coby,' zei Leo, die de sfeer voelde vertroebelen. Dus las hij verder in XPKT Magazine. Coby ging verder met haar Libelle. De rest van de ochtend nam Coby nu en dan een bekertje koffie, of ging ze naar de wc. Leo besloot rond elf uur om toch maar een tweede kopje koffie te nemen. Je wist nooit waar het goed voor was.                
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 8d!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, December 21, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 8b

Hieronder hoofdstuk 8b van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 8. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 8a, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

8b


De beller bleek Ally van Culemborg te zijn. Eigenlijk had Leo Geesje Leenschaar verwacht, maar misschien was die verhinderd, of mogelijk was Ally haar voor. 'Leo,' zei Ally, 'er moet me iets van het hart...'

'Dat dacht ik al,' schamperde Leo.

'Ja. Het zit zo: ik ben op bezoek geweest bij Valerie Escargot, om haar te helpen bij het sorteren van haar vogelzaad, toen er opeens een merel tegen haar raam vloog, en daarbij een barst in de ruit veroorzaakte. Dat houd je toch niet voor mogelijk?'

'Nee,' loog Leo.

'Eerst een duif, en nu ook al een merel. Waar moet het heen? Straks kan ze niet eens meer over straat, net als Tracy. Heb je dat al gehoord?'

'Dat was vast maar een incident.'

'Dat waag ik te betwijfelen. De gemeente moet harder optreden. Valerie werd helemaal hysterisch toen ze die dode merel op haar balkon zag liggen, het arme kind. Ik hoop dat ik nooit zo word, al is er in principe niets mis met angst, omdat ze je ook kan behoeden tegen gevaren. Dat staat in een boek dat ik aan het lezen ben: Zeg ja tegen je angst, van professor dokter Arend Viltjes. Ken je die?'

'Nee,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Hij heeft geweldige resultaten geboekt bij sterren en beroemdheden. Bijvoorbeeld bij Gina Lobbekes, de beroemde musicalster. Die had last van hoogtevrees, maar durft nu gewoon weer het toneel op. Simpelweg door alsmaar ja te zeggen.'

'Wonderlijk.'

'Ja. Viltjes geeft ook een-op-eenbegeleiding als dat nodig is, in zijn blokhut op de Veluwe. Ik zit te dubben of ik Valerie daarvoor zal opgeven. Ik weet niet of ze dat kan betalen. Misschien als ze haar vader lief aankijkt. Die woont in Parijs, en boert goed. Hij gaat iedere dag naar een ander restaurant, en heeft ze nu zo'n beetje allemaal gehad. Dat is wel een nadeel, dat hij zo kritisch is. Hij zal vast willen weten waar Valerie het geld voor nodig heeft, en dan gaan protesteren, omdat hij therapie maar niets vindt. Hij heeft zelf een tijdje therapie gevolgd, maar die heeft hem niet van zijn hyperkritische aard kunnen afhelpen, helaas. Sterker nog, het is alleen maar erger geworden. Waarschijnlijk vanwege de therapeut. Die wilde continu evalueren...'

'Om gek van te worden,' schamperde Leo.

'Precies. Viltjes doet geloof ik niet echt aan evalueren. Dat zou ik eigenlijk eens moeten navragen bij één van zijn patiënten. Ik ben echter huiverig om sterren en beroemdheden te benaderen. Ik ben altijd bang dat ze me een nietsnut zullen vinden...'

'Hoezo?'

'Omdat ik slechts een administratief medewerker ben, en dan nog in het bedrijf van mijn vader...'

'Dat lijkt me anders best moeilijk,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Dat is het ook. Mijn vader had liever gezien dat ik advocate was geworden, en draagt me nog immer na dat ik mijn rechtenstudie niet heb afgemaakt.'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Nog steeds? Hoe lang is dat wel niet geleden?'

'Acht jaar, Leo.'

'In je hoeveelste jaar zat je toen je stopte?'

'In mijn derde. Hoezo?'

'Zomaar.'

'Ja, in mijn derde jaar. Ik was nog jong en onervaren...' Het bleef even stil, tot ze zei: 'Coby vertelde me dat jij ook gestudeerd hebt…?'

'Dat klopt,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Heb je je studie afgemaakt?'

'Niet als zodanig.'

'Hoe bedoel je?'

'Bij de studie die ik gedaan heb, kun je geen diploma halen...'

'Bij de mijne ook niet,' zei Ally. 'Ik ben geschoold door het leven, de maatschappij, mijn vriendinnen, mijn werk, mijn paard Romeo, en dus ook door boeken als Zeg ja tegen je angst van Arend Viltjes. Echt een aanrader, Leo.'

'Dat wil ik geloven.'

'Goed. Dan ga ik nu weer ophangen. Wie is je collega van vanmorgen?'

'Coby Holbeen.'

'Oké. Doe haar maar de groeten van mij.'

'Doe ik, Ally.'

'Dag, Leo.'

'Dag, Ally.' Leo hing op.               
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 8c!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, December 14, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 8a

Hieronder hoofdstuk 8a van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het begin van hoofdstuk 8. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 7d, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

8a


De volgende morgen zat Leo te ontbijten toen de telefoon ging. Zou het de mysterieuze beller zijn? Nee, het was zijn moeder, Heleen de Ketter-Linkesoep. 'Goedemorgen, Leo,' zei ze, 'ik wilde eens informeren hoe het nu gaat.'

'Goed, ma. Ik kan niet lang blijven praten, ik moet zo naar mijn werk...'

'Het is waar ook. Wie is je collega vanmorgen?'

'Coby Holbeen.'

'Oh, dat komt mooi uit. Zou je aan haar willen doorgeven dat ik nog voldoende Sensodyne in huis heb?'

Leo fronste zijn voorhoofd, en vroeg: 'Waarom moet ze dat in vredesnaam weten?'

'Ze heeft een vriend, Ferdinand, die bij Sensodyne werkt, en weleens tubes mee naar huis krijgt. Vandaar.'

'Goed, ma, ik zal het doorgeven. Anders nog iets?'

'Nee, zoon. Dat was het weer. Veel succes vandaag.'

'Dank u, ma.'

'Kom je morgen weer op bezoek?'

'Ja. Rond de gebruikelijke tijd.'

'Prima. Tot dan.'

'Dag, ma.' Leo hing op, en keek op zijn horloge: tien minuten voor negen. Hij at snel de rest van zijn ontbijt op, poetste zijn tanden, en ging op weg naar het kantoor van de Kleplijn. Een jas was vandaag niet nodig, zo warm was het. Toen hij arriveerde stond Coby al bij de koffieautomaat. 'Koffie?' vroeg ze.

'Doe maar,' zei Leo.

Coby schonk twee bekertjes in, en gaf eentje aan Leo. 'Hoe gaat het?' vroeg ze vervolgens.

'Goed,' zei Leo, en ging achter zijn bureau zitten. 'Je moet de groeten van mijn moeder hebben. Ze laat zeggen dat ze nog voldoende Sensodyne in huis heeft.'

'Prima. Ik zal het doorgeven aan Ferdinand.'

'Doe dat,' zei Leo. Hij keek haar aan, en zei: 'Hoe gaat het met jou?'

'Niet zo best,' zei Coby, en trok een moeilijk gezicht. 'Ik heb van Mike Sonderveld een nieuw middel tegen diarree gekregen, maar ik geloof niet dat het echt werkt...'

Leo fronste zijn voorhoofd, en zei: 'Heb je diarree dan?'

Coby knikte. 'Al een paar dagen. Maar Mikes middel lijkt het alleen maar erger te maken...'

'Vervelend,' zei Leo, en blies in zijn koffie.

'Ja. Gelukkig heb ik er op mijn werk nooit last van. Ik weet alles in te houden tot ik weer thuis ben...'

'Gelukkig maar.'

'Ja,' zei Coby, en ging zitten. Ze rommelde in haar tas, en haalde er een stapel tijdschriften uit. 'Wil jij ook wat te lezen hebben?' vroeg ze vervolgens.

'Dat is goed,' zei Leo. 'Wat heb je allemaal bij je?'

'Voor jou heb ik weer XPKT Magazine meegenomen.'

'Prima,' zei Leo, en nam het tijdschrift in ontvangst.

'Er staat een interessant artikel in over medicijnen, en dat die steeds minder getest worden op apen...'

'Toe maar.'

'Ja. Ik ben daar toch wel blij mee. Al die dierproeven, ik ben er geen fan van. Zeker op apen niet. Apen zijn toch eigenlijk net mensen, waar we niet mee moeten sollen. Je weet nooit of ze ooit nog eens de boel gaan overnemen. Daar heb ik ooit een film over gezien...'

'Dat zou goed kunnen,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Ja. Ik werd een beetje ongemakkelijk toen ik die film zag. Hoe ze die apen aan het praten gekregen hebben, mij is het een raadsel...'

'Wellicht met pepmiddelen?' schamperde Leo.

'Zou het? Ik wist niet dat ze daarmee al zover waren. Heb jij weleens pepmiddelen gebruikt?'

Leo schudde zijn hoofd. 'Jij?'

Coby schudde eveneens haar hoofd. 'Ik hou het bij koffie,' zei ze, en nam een fikse slok. 'Au, die koffie is nog goed heet...'

'Je moet er eerst in blazen.'

'Dat zal ik doen,' zei Coby, en blies in haar koffie.

Leo keek op zijn horloge: vier minuten over negen. Ze mochten nu toch wel zo'n beetje gaan bellen. Prompt begon zijn telefoon te rinkelen.              
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 8b!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, December 7, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 7d

Hieronder hoofdstuk 7d van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het slot van hoofdstuk 7. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 7c, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

7d


Leo was nog steeds bezig met online rondzwerven toen Samantha en Wouter het kantoor kwamen binnenlopen. 'Goedemiddag,' zei Samantha.

'Goedemiddag,' zeiden Leo en Kees in koor.

Samantha keek op haar horloge, en zei: 'Ben ik toch nog op tijd. Gelukkig maar...'

'Ja,' zei Kees.

Samantha liep naar de koffieautomaat en schonk twee bekertjes koffie in, waarvan ze eentje aan Wouter gaf. Vervolgens keek ze naar Kees, en vroeg: 'Veel bellers gehad?'

'Eentje maar,' zei Kees.

'Wie?' vroeg Wouter.

'Riet Ploeters,' mengde Leo zich.

'Ach ja, goeie ouwe Riet,' zei Wouter, en blies in zijn koffie.

Samantha blies ook in haar koffie, en zei: 'Riet is een trouwe beller. Wisten jullie dat telefoonaanbieders allerlei methodes hebben om klanten aan zich te binden?'

'Dat zal best,' zei Kees.

Wouter keek naar Samantha, en zei: 'Welke dan?'

'Teveel om op te noemen,' antwoordde Samantha. 'Zo maken ze het bijvoorbeeld erg moeilijk om over te stappen...'

Wouter trok een wenkbrauw omhoog, en zei: 'Dat valt toch wel mee?'

'Zelf ben ik al een paar keer overgestapt,' zei Kees, 'en ik heb daar nooit problemen mee gehad.'

'Dan heb je geluk gehad,' zei Samantha. 'Ik ben zelf pas nog overgestapt, en toen heb ik een dag lang niet kunnen bellen. Ik heb met de telefoon van een vriendin moeten bellen om het recht te breien. Daar hebben we toen nog bijna ruzie over gekregen, omdat ze een belangrijk telefoontje verwachtte van een fysiotherapeut uit Puerto Rico, van wie ze een hutje kon huren, voor in de zomervakantie.'

'In Puerto Rico moet je uitkijken,' zei Wouter. 'Een kennis van mij is daar ooit gebeten door een krokodil...'

Kees trok een wenkbrauw omhoog, en zei: 'Heeft hij het overleefd?'

Wouter knikte. 'Maar hij heeft wel iedere dag pijn. Vooral in zijn voet.'

'Ik wist niet eens dat ze krokodillen hébben in Puerto Rico,' zei Samantha.

'Een plaatselijke bewoner hield die krokodil als huisdier, maar had de kooi open laten staan...'

Samantha fronste haar voorhoofd. 'Een krokodil in een kooi? Wat zielig. Horen die beesten niet in het water thuis?'

'Het was een kooi in het water,' zei Wouter. 'Een soort bassin, met daaromheen traliewerk. Maar ja, als je hem open laat staan heb je weinig aan zo'n kooi...'

'Toch zou ik best naar Puerto Rico willen,' zei Kees.

'Die vriendin van mij ook,' zei Samantha. 'Ze is uiteindelijk ook gegaan, zij het voor slechts een weekje.'

'Een week is lang genoeg,' zei Kees. 'Tenminste, het hangt er vanaf wat je dan allemaal doet. Als je alleen maar luiert is een week niet genoeg.'

'Je moet ook cultuur kunnen opsnuiven,' zei Wouter, 'dat ben ik met je eens.'

'Ze heeft daar vooral fysiotherapie ondergaan,' zei Samantha. 'Van die fysiotherapeut. Ik heb haar om zijn nummer gevraagd, maar hij spreekt geen Engels...'

Kees keek naar Leo, en vroeg: 'Spreek jij eigenlijk Engels, Leo?'

'Gelukkig wel,' schamperde Leo.

Wouter nam een slok van zijn koffie, en zei: 'Vreemd eigenlijk dat we nooit buitenlandse bellers krijgen bij de Kleplijn...'

'Oh ja?' zei Samantha. 'En Jorge Aldano dan?'

'Die zou ik geen buitenlander noemen,' zei Wouter. 'Hij woont immers in Nederland. Nee, ik bedoel bellers die echt in een ander land wonen en naar hier bellen...'

Kees snoof, en zei: 'Het lijkt me vrij logisch waarom ze dat niet doen. De telefoonkosten zijn dan hoger...'

'En ze kennen ons waarschijnlijk niet,' zei Samantha. 'Voor zover ik weet maken wij geen reclame in het buitenland. Dat zou ik eigenlijk eens moeten vragen aan meneer Wieldop...'

'Doe dat,' zei Kees.

Leo voelde zich licht in het hoofd worden. Wellicht dat het werk bij de Kleplijn hem nu toch echt parten begon te spelen? En de anderen zeverden wel erg veel, wellicht omdat ze het gewend waren? Hij keek op zijn horloge, en zag dat het één uur was geweest. Hij stond op, deed zijn jas aan, groette de anderen, en ging op weg naar huis.

Thuis vouwde hij zijn was op, en las hij verder in Taxi's op de maan.             
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 8a!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, November 30, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 7c

Hieronder hoofdstuk 7c van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 7. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 7b, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

7c


Kees keek op van de krant die hij inmiddels was gaan lezen, en zei: 'Was dat goeie ouwe Riet?'

Leo knikte. 'Je moet de groeten van haar hebben...'

'Ach zo. Doe haar maar de groeten terug, als je haar ooit weer spreekt. Wat had ze te melden?'

'Van alles en nog wat,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Heeft ze nog iets over Geesje gezegd?'

Leo knikte.

Kees keek om zich heen, boog licht voorover, en zei: 'Ik heb gehoord dat ze gaan samenwonen...'

'Wie? Riet en Geesje?'

Kees knikte. 'Om telefoon- en reiskosten te besparen. Maar weet je wat ik denk? Dat ze niet zonder elkaar kunnen. Ze zijn als het ware met elkaar vergroeid, als een Siamese tweeling. Het is erg om te zeggen, maar het is niet anders. Het verbaast me dat ze er niet eerder aan gedacht hebben...'

'Waar wonen ze nu dan?'

'Elk in een eigen flatje. Maar als ze de kosten gaan delen, kunnen ze misschien wel in een eengezinswoning gaan wonen...'

'Toe maar...'

'Er is alleen één probleem: als ze samenwonen zullen ze misschien minder vaak naar hier gaan bellen. Dan kunnen we de tent wel opdoeken...'

'Welnee,' zei Leo. 'Er zijn ook nog andere bellers...'

'Ja, maar voor hoelang? Misschien gaan die ook wel samenwonen, en wat dan?'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Zo'n vaart zal het vast niet lopen. Mijn ouders wonen ook samen, en die bellen ook regelmatig.'

'Dat is waar,' zei Kees. Hij nam Leo op met sluwe ogen, en zei: 'Wat vind je daar eigenlijk van?'

Leo haalde zijn schouders op. 'Wat moet ik ervan vinden? Ze hebben alle recht om te bellen...'

'Ja,' zei Kees, 'maar ik kan me voorstellen dat je er niet blij mee bent. Ik zou er in ieder geval niet blij mee zijn als mijn ouders zich op mijn werkterrein zouden begeven...'

'Leven ze allebei nog?'

Kees schudde zijn hoofd. 'Ze zijn omgekomen tijdens een ezelsritje in Venezuela. De ezels waren op hol geslagen, en hebben ze zomaar in de vallei geworpen, zonder enige vorm van waarschuwing...' Kees staarde somber voor zich uit, en zei: 'Ik mis ze nog iedere dag. Maar als ze me opeens zouden opbellen op mijn werk, zou ik toch wel vreemd opkijken...'

'Nogal wiedes,' zei Leo, 'ze zijn immers dood. Mijn ouders leven nog...'

'Ja, maar toch… Als ik jou was zou ik ze een beetje binnen de perken proberen te houden...'

'Heb je ze weleens gesproken?'

Kees knikte.

'Dan weet je dat het vrij onschuldige mensen zijn...'

'Juist daarom. Onschuldige mensen zijn vaak het gevaarlijkst. In hun onschuld kramen ze vaak de vreemdste dingen uit. Ook over jou...'

'Geldt dat niet voor zoveel mensen?'

Kees schudde zijn hoofd. 'Ik kraam geen vreemde dingen uit. Zeker niet over jou...'

Leo vond dat eerste maar moeilijk te geloven, en zei: 'Laten we er maar over ophouden...' Desondanks moest hij toegeven dat hij niet blij was met de inmenging van zijn ouders bij de Kleplijn. Maar ja, voorlopig was het niet anders. Als hij het ze zou verbieden, zou hij vaker bij ze op bezoek moeten, en dat kon hij er – in ieder geval op dit moment – echt niet bij hebben.

Kees ging verder met het lezen van zijn krant, bedacht zich, keek Leo aan, en zei: 'Wil jij ook een krant lezen?'

Leo schudde zijn hoofd. 'Ik ga op internet op zoek naar nieuw leesvoer...'

'Prima,' zei Kees, en ging verder met lezen.

Leo begon te surfen, maar merkte algauw dat het waarschijnlijk nóg moeilijker zou gaan worden om iets van zijn gading te vinden. Was hij misschien te kritisch wat romans betrof? Of keek hij bij de verkeerde aanbieders?            
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 7d!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, November 23, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 7b

Hieronder hoofdstuk 7b van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 7. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 7a, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

7b


Leo nam op. Het bleek Riet Ploeters te zijn. 'Dag Riet,' zei Leo, 'hoe gaat het?'

'Niet zo best,' zei Riet. 'Ik ben weer wezen wandelen met Geesje.'

'Waar?'

'Langs de Rottemeren.'

'Was het moeilijk om dat te verzinnen?'

'Nee. Mijn grootvader heeft in Rotterdam gewoond...'

'Ach zo,' zei Leo, trok een wenkbrauw omhoog, en zei: 'Wat deed hij zoal?'

'Van alles en nog wat. Hij is een tijdje cartograaf geweest. Hij maakte plattegronden van de binnenstad, en verkocht die aan kennissen en familie. In die tijd kon je daar nog van leven...'

'Tegenwoordig niet meer?'

'Niet dat ik weet. Een kennis van mij is cartograaf, en die loopt altijd in versleten spijkerbroeken...'

'Er is veel verborgen armoede,' schamperde Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Dat hoef je mij niet te vertellen. Zelf ben ik niet arm, maar het scheelt niet veel. Het is maar net wat je onder armoede verstaat...'

'Zolang we voedsel en een dak boven ons hoofd hebben mogen we niet klagen,' zei Leo.

'Douchen is ook belangrijk. Ik douche graag. Soms zelfs twee keer per dag. Zeker als ik gewandeld heb. Geesje vindt dat zonde van het water. Ze is bang dat er overstromingen ontstaan als je veel doucht. Haar moeder heeft de Watersnoodramp van 1953 meegemaakt, zij het van een afstand.'

'Zoals zoveel mensen in die tijd.'

'Toch moet je niet onderschatten wat voor invloed dat kan hebben op je latere leven. Veel mensen konden toen nog niet zwemmen. Ik weet eigenlijk niet eens of Geesje kan zwemmen. Ze zegt van wel, maar waarom loopt ze dan altijd op grote afstand van het water? Denkt ze soms dat ik haar erin ga duwen? Ik kijk wel uit. Zij trakteert altijd op een Spa rood als we op pad zijn, en met een natte portemonnee gaat dat natuurlijk niet...'

'Eten jullie er ook weleens gebak bij?'

'Soms. Als het een bijzondere dag is. Hoezo?'

'Zomaar,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Oh. Eet jij weleens gebak?'

'Soms. Vooral met verjaardagen.'

'Komt dat vaak voor?'

'Eh… Wat is vaak?'

'Weet ik niet. Meestal word ik niet uitgenodigd. Ik denk dat dat te maken heeft met het feit dat ik vroeger verloskundige ben geweest. Er rust toch een beetje een stigma op dat beroep...'

Leo trok een wenkbrauw omhoog, en zei: 'Is dat zo?'

'Ja. Omdat je als verloskundige ook een hoop gajes de wereld in helpt. Maar is dat mijn schuld? Ik kan toch niet aan de neus van zo'n kind zien of het later zal gaan deugen of niet?'

'Heb je geen glazen bol of iets dergelijks om de toekomst mee te voorspellen?'

Riet snoof spottend, en zei: 'Nee. Ik heb weleens geprobeerd om koffiedik te kijken, maar dat werd een fiasco. Ik meende te kunnen zien wat de winnende Lotto-getallen zouden worden, maar zat er faliekant naast. Coby zegt trouwens ook dat je daarmee moet uitkijken, met koffiedik kijken. Ze heeft het zelf ook een tijdje gedaan, maar werd er helemaal tureluurs van. Bij het minste of geringste ging ze koffie zetten, want zonder koffie geen koffiedik. Misschien is ze daarom nu wel zo'n koffiejunk. Het ene versterkt het andere...'

'Misschien,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Goed, ik moet weer ophangen. Is Kees daar ook?'

'Ja.'

'Oké. Doe hem dan maar de groeten van mij.'

'Doe ik, Riet.'

'Dag, Leo.'

'Dag, Riet.' Leo hing op.           
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 7c!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, November 16, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 7a

Hieronder hoofdstuk 7a van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het begin van hoofdstuk 7. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 6c, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

7a


Het was maandagochtend, vier minuten voor negen. Leo zat aan zijn bureau in het kantoor van de Kleplijn. Kees Vinketeen, zijn collega van vanmorgen, was er nog niet. Leo hoopte dat hij snel zou arriveren, want hij had weinig zin om hier de ochtend in zijn eentje door te brengen. Deze gedachte was nog maar net voorbij of Hans Wieldop, de directeur van de Kleplijn, kwam het kantoor binnenlopen, en zei: 'Goedemorgen, Leo.'

'Goedemorgen, meneer Wieldop.'

'Hoe gaat het?' vroeg Wieldop, en liep naar de koffieautomaat.

'Goed,' zei Leo.

'Koffie?'

Leo knikte.

Wieldop schonk twee bekertjes vol en gaf er een aan Leo. 'Zo,' zei Wieldop, 'je zit alweer klaar voor een nieuwe werkdag. Kan ik hieruit concluderen dat het werk je wel bevalt?'

'Meestal wel.'

'Mooi zo. Met je collega's kun je het ook goed vinden?'

'Volgens mij wel.'

'Prima. Daar kom ik eigenlijk ook voor. Zoals je misschien wel hebt gezien op je werkrooster werkt Samantha op woensdagavond altijd alleen. Dat zit me toch niet helemaal lekker. Je weet nooit wat er allemaal kan gebeuren op zo'n avond. Nu is mijn vraag: zou jij haar voortaan willen vergezellen op de woensdagavond?'

Leo dacht na. Uitgerekend Samantha. Daar had hij weinig zin in. Hij schudde zijn hoofd, en zei: 'Ik heb het op woensdag altijd erg druk...'

Wieldop trok een wenkbrauw omhoog. 'Waarmee dan?'

'Ik ga dan altijd op bezoek bij mijn ouders, en boodschappen doen...'

'Ach zo,' zei Wieldop. 'Weet je wat? Denk er eens over na. Dan kom ik er later op terug.'

'Is goed, meneer Wieldop. Weet Samantha hier al van?'

Wieldop schudde zijn hoofd. 'Ik moet het haar nog vragen, maar daar zal ik mee wachten tot jij erover hebt nagedacht.'

Leo haalde opgelucht adem, omdat dat betekende dat het niet haar idee geweest was om de woensdagavonden voortaan samen door te brengen.

Wieldop bestudeerde Leo, en zei: 'Is er soms iets aan de hand tussen jullie? Een conflict, of iets in die trant?'

Leo schudde zijn hoofd. 'Nee, hoor.'

'Anders moet je het maar zeggen,' zei Wieldop. 'Dan gaan we samen om de tafel zitten om het uit te praten...'

'Is goed, meneer Wieldop...'

Op dat moment kwam Kees Vinketeen het kantoor binnenlopen. 'Goedemorgen, heren,' zei hij. Hij zette zijn tas naast zijn bureau, en trok zijn jas uit.

'Goedemorgen,' zeiden Leo en Wieldop in koor.

Kees hing zijn jas over zijn stoel, keek naar Leo en Wieldop, en zei: 'Onderbreek ik iets?'

Wieldop keek naar Leo, en zei: 'Volgens mij waren we net klaar. Of wilde je nog iets zeggen, Leo?'

Leo schudde zijn hoofd.

'Prima,' zei Wieldop. 'Tot later, en succes allebei...'

'Dank u,' zei Kees.

Wieldop verliet het kantoor.

Kees keek hem na, vervolgens naar Leo, en vroeg: 'Wat had hij te melden?'

'Niets bijzonders,' zei Leo, en blies in zijn koffie.

'Ik zie dat jij al koffie hebt?' zei Kees.

'Ja.'

Kees liep naar de koffieautomaat en schonk zichzelf een bekertje in. Vervolgens zette hij het op zijn bureau, en ging zitten. 'Zo,' zei hij, 'daar zitten we weer.' Hij keek naar Leo, en zei: 'Hoe was je weekend?'

'Goed,' zei Leo. 'Ik ben naar de film geweest.'

'Welke?'

'Gandhi Liked to Golf.'

'Ach zo. Was het wat?'

Leo haalde zijn schouders op. 'Het ging.'

'Oh. Zelf ben ik wezen stappen met Jorge Aldano. Je weet wel, die Spanjaard in die rolstoel.'

Leo knikte, en zei: 'Hoe was dat?'

'Niet zo best. Jorge wil graag een Nederlandse vriendin, maar dat gaat nogal moeilijk, met zijn taalprobleem.'

'Dat wil ik geloven. Kun jij niet een goed woordje voor hem doen?'

Kees zuchtte. 'Dat probeer ik wel, maar de vrouwen van tegenwoordig zijn heel anders dan toen ik jong was. Ik heb dat al een paar keer aan Jorges verstand proberen te peuteren, maar dat gaat nogal moeilijk, met zijn taalprobleem. Heb jij weleens met hem gesproken?'

Leo schudde zijn hoofd. Hij had Jorge tot nu toe nog niet aan de lijn gehad, en als hij een taalprobleem had, was dat misschien maar beter ook.

'Het is echt een ramp aan het worden,' zei Kees. 'De helft van de tijd versta ik hem niet. De andere helft verstaat hij mij niet. Maar ja, voor je vrienden moet je wat overhebben. Ik kan het maar moeilijk verkroppen dat hij thuis zit weg te kwijnen...'

'Zeker,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie. Prompt begon zijn telefoon te rinkelen.          
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 7b!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, November 9, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 6c

Hieronder hoofdstuk 6c van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het slot van hoofdstuk 6. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 6b, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

6c


Nadat Leo de hamburgers had opgegeten, nam hij afscheid van zijn ouders, en ging hij op weg naar de bioscoop, in het centrum van de stad. Het was redelijk dichtbij. Hij koos een film uit, Gandhi Liked to Golf, kocht een kaartje, en ging in de zaal zitten. De eerste helft was weinig soeps, en het verhaal flinterdun. Tijdens de pauze haalde hij bij de bar een cola, en liep ermee naar een hoek van de foyer. Zijn mobiel rinkelde. Hij nam op. Het bleek Samantha Hambourge. 'Sorry dat ik je stoor,' zei ze, 'maar het is dringend.'

'Vertel dan maar snel wat je te zeggen hebt,' schamperde Leo, 'vóór het te laat is.' Hij vroeg zich af hoe ze zijn mobiele nummer wist. Had zijn moeder het haar gegeven? Of had ze het zelf opgezocht, in het computersysteem van de Kleplijn?

'Ik eh… ik wilde even meedelen dat ik aanstaande maandagmiddag waarschijnlijk wat later op het werk zal zijn...'

'Goed om te weten.'

'Ja, ik dacht: ik meld het maar even.'

'Daar heb je goed aan gedaan.'

'Dank je. Ik hoor stemmen op de achtergrond. Ben je in een café?'

'Nee, in de bioscoop.'

'Oh, leuk. Welke film?'

'Gandhi Liked to Golf.'

'En? Is het wat?'

'Nee.'

'Waar gaat het over?'

'Over Gandhi die een golftoernooi probeert te winnen.'

'Ach zo. Ik wist niet eens dat Gandhi van golf hield.'

'Hijzelf waarschijnlijk ook niet.'

'Golf jij weleens?'

'Nee,' zei Leo, en nam een slok van zijn cola.

'Ik ook niet. Mijn vader wel.'

'Dat mag ook wel als je een baggerbedrijf hebt.'

'Inderdaad. Dat heb je goed onthouden, van dat baggerbedrijf.'

'Ik doe mijn best.'

'Over bedrijven gesproken: hoe was je eerste week bij de Kleplijn?'

'Het is me redelijk meegevallen.'

'Smaakt het naar meer?'

'Ik heb weleens vervelender werk gedaan.'

'Mooi zo. Heb je al nieuw leesvoer? Daar ben ik erg benieuwd naar. Ik lees zelf ook veel.'

'Nee.'

'Ben je wel op zoek?'

'Soms.'

Samantha lachte. 'Echt spraakzaam ben je niet. Gaat het wel goed met je?'

'Ja. Ik denk alleen dat de film zo weer gaat beginnen, en ik sta vrij ver van de zaalingang...'

'Meestal roepen ze dat wel tijdig om...'

'Ja, maar toch...'

'Goed, ik zal het voor de rest kort houden. Ik vroeg me af of je al hebt nagedacht over Overvolle agenda's.'

'Ja.'

'En? Ga je het lezen?'

'Ik vrees van niet.'

'Weet je het zeker? Het is een zeer inspirerend verhaal, en niet alleen voor vrouwen. Mannen kunnen er ook een hoop plezier aan beleven...'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Dat vraag ik me af...'

'Hoezo? Er zullen ook best mannen zijn die weleens agenda's stelen. Heb jij nog nooit een agenda gestolen?'

'Nee.'

'Heb je nooit die neiging gevoeld dan?'

'Nee, nooit.'

'Oh. Ik wel. Maar misschien heb ik het boek te vaak gelezen...'

'Dat zou best eens kunnen, Samantha.'

'Dus je gaat het niet lezen?'

'Nee.'

'Jammer dat je er zo over denkt. Maar ik respecteer je keuze, en zal niet langer meer aandringen. Veel plezier verder met je film...'

'Dank je,' zei Leo, en hing op. Wat een ongemakkelijk gesprek. Waarom drong Samantha er zo bij hem op aan om Overvolle agenda's te gaan lezen? En waarom kon ze maar met moeite accepteren dat hij daar weinig zin in had? En, nu hij toch aan het nadenken was: was zij misschien de mysterieuze beller? In dat geval kon hij haar maar beter zoveel mogelijk mijden, al zou dat moeilijk worden, omdat ze bij hetzelfde bedrijf werkten. Ach, misschien maakte hij zich onnodig zorgen, en was iemand anders de mysterieuze beller. Hopelijk zou hij daar snel genoeg achter komen. Hij nam nog maar eens een slok van zijn cola, liep terug naar zijn stoel in de bioscoopzaal, en keek verder naar de film.

Eenmaal weer thuis las hij verder in Taxi's op de maan, en ging hij naar bed. Het was een vermoeiende week geweest, en hij sliep algauw in.         
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 7a!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, November 2, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 6b

Hieronder hoofdstuk 6b van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 6. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 6a, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

6b


Ondertussen vroeg Leo zich af wat zijn moeder en Coby allemaal wel niet hadden zitten bepraten. 'Wanneer heb je Coby gesproken?' vroeg hij derhalve.

'Gistermiddag,' antwoordde Heleen. 'Ze vertelde dat ze wil gaan proberen om haar dochter Estelle een keer mee te krijgen naar de Veluwe, om daar samen in alle stilte eens flink wat dingen door te praten. Maar Estelle wil niet.'

Dirk fronste zijn voorhoofd. 'Het is ook altijd wat met dat wicht.'

'Ze is gewoon een getormenteerde ziel, net als ik,' zei Heleen. 'Ik zou haar best als dochter willen.'

'Als je dat maar laat,' zei Dirk. 'Trouwens, sinds wanneer ben jij een getormenteerde ziel?'

'Sinds Otto en Janice naar Zandvoort verhuisd zijn. Je weet toch dat ik daar erg van heb afgezien?'

'Ja, maar daar hebben we nu toch de Kleplijn voor in de plaats gekregen? Is dat dan niet genoeg?'

Heleen fronste haar voorhoofd. 'Van een getormenteerde inslag herstel je niet zomaar één-twee-drie. Dat heeft tijd nodig. En het zou een stuk sneller gaan als jij je wat begripvoller zou opstellen voor mijn situatie. Maar dat doe je niet.'

Dirk fronste zijn voorhoofd. 'Wel waar. Ik heb alle begrip voor je situatie. Ik ben zelf namelijk ook een getormenteerde ziel.'

Heleen lachte honend, en zei: 'Jij een getormenteerde ziel? Laat je nakijken.'

Dirk keek naar Leo, en zei: 'Wat vind jij, Leo? Ben ik een getormenteerde ziel of niet?'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Ik weet wel dat ik straks een getormenteerde ziel zal zijn als jullie zo doorgaan...' Hij nam een slok van zijn koffie.

Heleen keek naar Dirk, en zei: 'Zie je nu wat je doet? Je jaagt je enige zoon alleen maar weg...'

'Welnee,' zei Dirk. 'Die jongen kan daar best wel tegen. Je maakt je veel te druk. Je laat je teveel beïnvloeden door Coby.'

'Niet waar,' zei Heleen.

'Wel waar,' zei Dirk.

Leo fronste zijn voorhoofd vanwege het gekibbel, nam wederom een slok van zijn koffie, en zei: 'Wat gaat Coby doen om Estelle mee te krijgen naar de Veluwe? Heeft ze een bepaalde strategie?'

Heleen schudde haar hoofd. 'Ik zou haar zo graag helpen, maar ik weet niet hoe. Ze vertelde dat Estelle regelmatig fruit naar haar gooit. Is dat niet verschrikkelijk? Al die vitamientjes die verloren gaan, mijn hart breekt erbij.'

Dirk nam een slok van zijn koffie, en zei: 'Waarom eet ze dat fruit niet gewoon op?'

Heleen fronste haar voorhoofd. 'Omdat het natuurlijk helemaal beurs is geworden nadat het tegen haar aan is gegooid...'

Leo fronste ook zijn voorhoofd, en zei: 'Kan ze er geen smoothies van maken?'

Heleen keek naar Leo en Dirk, en zei: 'Wat is er met jullie aan de hand? Vinden jullie het ook niet maar een beetje vreemd dat Estelle zulke dingen doet?'

Leo snoof, en zei: 'Ik heb getormenteerde zielen weleens vreemdere dingen zien doen. Bijvoorbeeld een tatoeage nemen.'

'Als je dat maar laat,' zei Heleen.

'Ik was het ook niet van plan.'

'Gelukkig maar. Ik wil niet dat mijn enige zoon met tatoeages rondloopt. Wat zullen je kinderen daar later wel niet van gaan zeggen, als je ooit kinderen krijgt?'

Leo fronste zijn voorhoofd, en zei: 'Heb je soms met Samantha zitten praten? Die begon gisteren ook al over kinderen...'

'En terecht,' zei Heleen. 'Kinderen zijn onze toekomst. Met Estelle voorop. Die gaat nog ver komen, let op mijn woorden.'

'Anders niet naar de Veluwe,' zei Dirk.

'Dat weet je niet,' zei Heleen. 'Coby kan erg overtuigend zijn als ze wil. Dat heb ik ondertussen wel gemerkt. Ik hang aan haar lippen als ik met haar bel.'

'Jij hangt aan ieders lippen,' sneerde Dirk, en nam een hap van zijn koek.

'Anders niet aan de jouwe,' zei Heleen. 'Daar zijn ze veel te dun voor.'

Leo was het gekibbel zat, at snel zijn koek op, en zei: 'Ik ga maar weer eens.'

'Waar naartoe?' vroeg zijn moeder.

'Eerst naar de snackbar, en vervolgens naar de bioscoop. Zoals iedere zaterdag.'

'Waarom eet je niet met ons mee?' vroeg Heleen. 'We eten vanavond hamburgers. Daarna kun je meteen door naar de bioscoop.'

'Goed,' zei Leo. 'Als je ze nu meteen klaarmaakt.'

'Dat zal ik doen,' zei Heleen, en snelde naar de keuken.        
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 6c!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, October 26, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 6a

Hieronder hoofdstuk 6a van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het begin van hoofdstuk 6. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 5d, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

6a


Het was zaterdagmiddag. Leo was op bezoek bij zijn ouders, Dirk de Ketter en Heleen de Ketter-Linkesoep. Heleen schonk koffie in, en deelde gevulde koeken uit aan Leo en Dirk. Nu kon ze gaan zitten. 'En hoe gaat het met onze enige zoon?' vroeg ze belangstellend.

Leo had eerder die morgen besloten om toch maar te vertellen over de mysterieuze beller. Je wist nooit waar het goed voor was. Dus zei hij: 'Ik ben gebeld door een mysterieuze beller.'

Heleen fronste haar voorhoofd. 'Hoe bedoel je, een mysterieuze beller?'

'Iemand die niet zei wie hij was.'

Heleen knipperde met haar ogen. 'Was hij soms verkeerd verbonden?'

'Dat weet ik niet. Nadat ik had opgenomen lachte hij maniakaal. Als een psychopaat die zich met zijn vrije tijd geen raad weet...'

Heleen keek naar Dirk, en vroeg: 'Was jij dat soms, Dirk?'

Dirk fronste zijn voorhoofd. 'Natuurlijk niet. Waarom zou ik zoiets doen?' Hij leek oprecht gekwetst.

'Dat weet ik niet,' zei Heleen. Ze keek weer naar Leo, en zei: 'Wij zijn het in ieder geval niet geweest.' Ze bedacht zich iets, en zei: 'Was het een verborgen nummer?'

Leo knikte.

Heleen keek naar Dirk, en zei: 'Jan en Petra hebben een verborgen nummer, maar die lachen nooit maniakaal. In ieder geval niet waar wij bij zijn.'

Dirk nam een slok van zijn koffie, en zei: 'Ik zou er niet teveel achter zoeken. Misschien was het gewoon één of andere grapjas die een geintje wilde uithalen. Zulke dingen gebeuren nu eenmaal.'

'Dat klopt,' zei Heleen. 'Coby – je weet wel, van de Kleplijn – vertelde laatst dat ze regelmatig gebeld wordt door grapjassen.'

'Ook privé?' vroeg Leo.

'Dat weet ik niet,' zei Heleen, voor zich uit starend. 'Dat zou ik haar eigenlijk eens moeten vragen. Ik denk het niet.' Ze keek Leo aan, en zei: 'Belde hij je privé?'

Leo knikte.

'Weet je zeker dat het een man was?'

Leo schudde zijn hoofd. 'Het kan ook een vrouw geweest zijn. Het gelach was vervormd.'

'Misschien was het wel een geluidsopname,' zei Dirk. 'Bijvoorbeeld van een computer. Ik ben ook een keer gebeld door een computer.'

Heleen fronste haar voorhoofd. 'Welnee, dat was geen computer. Dat was een verlamde met een spraakcomputer.'

Dirk schudde zijn hoofd. 'Het was een computer. Hij wilde de meterstanden van onze elektriciteitsmeter weten.'

Heleen lachte ongemakkelijk, en zei: 'Ik denk dat je dat gedroomd hebt, Dirk...'

'Niet waar! Bedrijven automatiseren tegenwoordig steeds meer onderdelen van hun bedrijf...'

Heleen keek Dirk aan, en zei: 'Wil je soms zeggen dat Leo gebeld is door een bedrijf dat haar klanten laat uitlachen door computers? Is dát wat je wil zeggen, Dirk?'

Dirk haalde zijn schouders op. 'Misschien was het een doorgedraaide computer. Tegenwoordig gebeuren er wel vreemdere dingen.'

'Dan hadden we dat toch wel gehoord op het nieuws?' zei Heleen. Ze keek weer naar Leo, en zei: 'Waarschijnlijk was het gewoon een grapjas.'

'Laten we het hopen,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.       
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 6b!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, October 19, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 5d

Hieronder hoofdstuk 5d van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het slot van hoofdstuk 5. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 5c, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

5d

 
Om vijf minuten voor één liepen Samantha Hambourge en Coby Holbeen het kantoor binnen. 'Goedemiddag,' zei Samantha, en deed haar jas uit.

'Goedemiddag,' zeiden Leo en Tracy in koor.

'Veel bellers gehad?' vroeg Coby, die ook haar jas uitdeed.

'Eentje maar,' zei Tracy.

'Wie?' vroeg Samantha, terwijl ze naar de koffieautomaat liep en twee koffies inschonk.

'Mike Sonderveld,' mengde Leo zich.

'Nee toch?' zei Samantha. 'Probeerde hij iets te verkopen?' Ze gaf Coby een koffie.

Leo knikte.

'Dat moet maar eens afgelopen zijn,' zei Samantha. 'Volgens mij verkoopt hij alleen maar placebo's.'

Coby trok een wenkbrauw omhoog. 'Wat is er mis met placebo's?'

Samantha blies in haar koffie, en zei: 'Ze geven de gebruiker een misplaatst gevoel van onoverwinnelijkheid.'

'Daar heb ik anders nooit iets van gemerkt,' zei Coby. 'En ik heb voldoende placebo's geslikt om de weg naar Rome mee te plaveien.'

Tracy mengde zich, en zei: 'Mike verkoopt geen placebo's.'

Samantha en Coby keken haar aan. 'Weet je het zeker?' vroeg Samantha.

Tracy knikte. 'Ik heb hem er een keer naar gevraagd, en toen zei hij dat hij niet zou weten hoe hij daar aan moet komen.'

'Dat zegt nog niets,' zei Samantha. 'Misschien weet hij zelf niet eens dat hij ze verkoopt. Hoe komt hij eigenlijk aan al die medicijnen? Breekt hij in bij apotheken?'

Tracy bloosde, en zei: 'Dat weet ik niet.'

Leo mengde zich, en zei: 'Misschien maakt hij ze zelf, in zijn laboratorium.'

'Heeft hij een laboratorium?' vroeg Coby.

'Zoiets heb ik ook gehoord,' zei Tracy.

'Daar geloof ik niets van,' zei Samantha.

'Toch is het zo,' zei Tracy.

'Het voordeel van Mike is dat je geen recept nodig hebt,' zei Coby, en nam een slok van haar koffie.

'Dat is dan ook het enige voordeel aan hem dat ik kan verzinnen,' zei Samantha.

'Ik heb altijd de grootste moeite om aan recepten te komen,' legde Coby uit. 'Mijn huisarts wil ze meestal niet uitschrijven. Ik moet van hem eerst minder koffie gaan drinken. Alsof het allemaal zo makkelijk is. Hij weet niet half wat ik allemaal moet doormaken.'

Tracy fronste haar voorhoofd. 'Kun je hem dat niet vertellen?'

Coby schudde haar hoofd. 'Iedere keer als ik bij hem langskom en hij over mijn koffieconsumptie begint, klap ik dicht.'

'Vreemd,' zei Samantha. 'Misschien een andere huisarts nemen?'

Coby zuchtte. 'Ik heb er al zoveel gehad. En ze zeggen allemaal hetzelfde. “Mevrouw, u maakt zich veel te druk.” Ja, nogal wiedes. Hij hoeft niet in zijn eentje een dochter van vierentwintig op te voeden.'

'Hoe gaat het met Estelle?' vroeg Tracy.

'Niet zo best,' antwoordde Coby. 'Gisteravond gooide ze een appel naar me. Dat doet ze normaal gesproken nooit. Meestal houdt ze het bij kiwi's. Die zijn zachter.' Ze wreef met een zuur gezicht over haar linker bovenarm.

Samantha keek Leo aan, en vroeg: 'Heb jij eigenlijk kinderen?'

Leo keek op van deze vraag. Waarom wilde Samantha dat weten? Hij schudde zijn hoofd, en zei: 'Jij wel?'

'Nee,' zei Samantha. 'Al zou ik best willen. Het hoofdpersonage van Overvolle agenda's wil dat ook. Onder andere daarom lees ik dat boek zo graag.'

'Ik lees nooit romans,' zei Coby. 'Ik heb het al druk genoeg met mijn tijdschriften.'

'Jammer,' zei Samantha. 'Ik kan het iedereen aanraden.'

'Hoe heet dat boek?' vroeg Tracy.

'Overvolle agenda's, van Mika Hariki.'

'Ach zo,' zei Tracy.

Leo werd het gelul over Hariki’s boek een beetje zat, maar het leek hem beter om dat niet te laten blijken. Hij stond op, en trok zijn jas aan. 'Zo,' zei hij, 'het zit er weer op voor vandaag.' Hij wenste Samantha en Coby succes bij hun werk, groette Tracy, en ging op weg naar huis. De zon scheen als een koelkastlampje door de wolken heen.

Thuis lunchte hij, zette hij een was aan, en las hij verder in Taxi's op de maan.      
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 6a!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, October 12, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 5c

Hieronder hoofdstuk 5c van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 5. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 5b, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

5c


Tracy keek Leo aan, en vroeg: 'Was dat Mike Sonderveld?'

Leo knikte.

'Probeerde hij je iets te verkopen?'

'Ja. Maar ik ben er niet op ingegaan.'

'Heel verstandig. Ik heb een keer aspirine van hem gekocht, maar ik werd er high van. En dat terwijl ik net moest afrijden voor mijn rijexamen. Het hoeft geen betoog dat ik daarvoor gezakt ben, ook al kon ik het erg goed vinden met de examinator, een ex-commando uit Budel, die nog in Libanon heeft gevochten. Maar toen ik over het fietspad ging rijden, vond hij het toch een beetje te gortig worden. Dus nee, van Mike koop ik helemaal niets meer. In ieder geval geen medicijnen.'

'Wist hij dat je binnenkort moest afrijden?'

Tracy schudde haar hoofd. 'Mike interesseert zich voor niemand. Het enige wat voor hem telt is geld, geld, geld.'

Leo trok een wenkbrauw omhoog. 'Kan hij dan niet beter een ander beroep kiezen?'

'Dat zeg ik hem al jaren. Maar hij wil niet. Ik denk dat dat verkopen van hem iets dwangmatigs is. Het heeft te maken met de dood van zijn vader. Die heeft hem getraumatiseerd tot op het bot. Hij is bang om ook failliet te gaan. Maar angst is een slechte raadgever. Hij wil te graag, en dat stoot juist af.'

'Tragisch,' zei Leo.

'Ja. Soms kun je maar beter net doen alsof je iets niet wilt. Hij zou eigenlijk moeten zeggen: “Niet om het een of ander, maar ik heb hier een waardeloos prulletje dat je vast niet wil.” Pas dan zou ik echt gaan opletten.'

'Tja, het leven kan soms vreemd lopen.'

Tracy keek hem onderzoekend aan, en vroeg: 'Heb je daar soms ervaring mee?'

Leo haalde zijn schouders op. Hij moest denken aan het mysterieuze telefoontje van de vervormde stem, en zei: 'Wie niet?'

'Dat is waar. Mijn leven had ook heel anders kunnen lopen. Gelukkig heb ik nooit over straat gezworven. Het had weinig gescheeld, want toen ik werd ontslagen bij mijn vorige werkgever had ik het toch wel moeilijk.'

'Wie was dat?'

'De eigenaar van restaurant Mooie Boel. Memphis Papiandreu.'

'Een Roemeen?'

'Nee, een Griek.'

'Een Griek die zijn restaurant Mooie Boel noemt? Dat hoor je niet vaak.'

'Toch wel. Hij heeft ook nog een ander restaurant, in Utrecht, dat hij Laat Maar Waaien heeft genoemd.'

'Opmerkelijk,' zei Leo, en nam een slok van zijn koffie.

'Ja.'

'Waarom heeft hij je ontslagen?'

Tracy's gezicht betrok. 'Omdat ik steeds borden liet vallen. Terwijl ik juist dacht dat dat de bedoeling was. Maar het was geen Grieks restaurant. Of een restaurant Grieks is hing volgens Memphis niet af van de eigenaar, maar van het eten dat ze serveren.'

'Was het lekker eten?'

Tracy schudde haar hoofd. 'Stamppot boerenkool, gekookte witlof met aardappelschijfjes en gehaktballen, dat soort dingen. Niet echt om over naar huis te schrijven.'

'Het hangt ervan af. Onder andere van hoe je het klaarmaakt.'

'Precies. Memphis huurde bij voorkeur Grieks personeel in. Dus ook de kok was Grieks. En Grieken hebben – het doet me pijn om het te zeggen – geen verstand van de Hollandse keuken.'

'Waarom maakten ze er dan geen Grieks restaurant van? Dan hadden ze jou ook niet hoeven ontslaan.'

'Dat heb ik ze ook gevraagd. Ze gaven geen antwoord. Blijkbaar wilden ze gewoon van me af. Maar dat is voor mij, achteraf gezien, alleen maar een zegen geweest. Anders was ik hier niet terechtgekomen. Dit werk is honderd keer beter dan serveren in zo'n aftands hellegat als Mooie Boel.'

'Dat wil ik geloven,' zei Leo.

'We hebben het hier helemaal zo slecht nog niet,' zei Tracy. Ze hief haar bekertje met koffie, en zei: 'Op prettige werkgevers.'

Leo hief ook zijn bekertje, en zei: 'Proost.' Hij keek naar de deur van het kantoor en zei: 'Over werkgevers gesproken: meneer Wieldop zie je hier niet vaak.'

'Wees blij.'

Leo trok een wenkbrauw omhoog, en zei: 'Kun je hem niet uitstaan?'

Tracy haalde haar schouders op. 'Niet uitstaan is een groot woord. Laten we het erop houden dat ik hem gedoog, maar ook niet meer dan dat.'

'Ach zo,' zei Leo. Hij keek naar het beeldscherm op zijn bureau en besloot op internet op zoek te gaan naar geschikt leesvoer. Hij surfte naar zijn favoriete webwinkel, en begon te grasduinen.     
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 5d!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, October 5, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 5b

Hieronder hoofdstuk 5b van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 5. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 5a, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

5b


Leo nam op. 'Goedemorgen, met Leo de Ketter, Kleplijn.'

'Ja, goedemorgen, met Mike Sonderveld. Bent u die nieuwe telefonist?'

'Jazeker.'

'Prima. Dan zal ik me even voorstellen. Ik ben dus Mike Sonderveld, vierendertig jaar oud. Ik verdien de kost met de verkoop van medicijnen. Kan ik u misschien interesseren in een doosje Japanse muntthee? Japanse munt heeft een opwekkende, verfrissende werking. Is weer eens wat anders dan koffie.'

'Nee, dank je,' zei Leo.

'We noemen het gekscherend ook weleens yenthee. Vat u hem? Japanse muntthee – yenthee.'

'Ja, ik vat hem.'

'Hoeveel doosjes kan ik voor u inpakken?'

'Geen enkele.'

'Weet u het zeker? De partij die ik op de kop heb weten te tikken is van zeer goede kwaliteit. Persoonlijk geplukt door karateka's. Weet u wat, ik zal niet moeilijk doen. Drie doosjes voor de prijs van twee. Een aanbieding voor onze nieuwste klanten. Vers gemalen met samoerai-zwaarden, gerijpt door de rijzende zon.'

'Nee, dank je. Ik heb thuis nog voldoende thee.'

'Misschien iets voor bij de thee dan? Koffiekoekjes? Wilhelmina-pepermunt? Spacecake?'

'Nee, dank je.'

'Die verkoop ik allemaal. Vandaag besteld, morgen in huis. Ook op zondagen. Voor een goed medicijn moet je bij Sonderveld zijn.'

Leo fronste zijn voorhoofd, en zei: 'Sinds wanneer zijn koffiekoekjes, Wilhelmina-pepermunt en spacecake medicijnen?'

'Medicijnen tegen zielenpijnen. Voor ieder wat wils. Weet u wat? Als u drie doosjes yenthee koopt, krijgt u er een zakje koffiekoekjes gratis bij. Rechtstreeks overgevlogen uit de VS. Niet geldig in combinatie met andere aanbiedingen.'

'Ik moet je helaas nee verkopen,' zei Leo.

'Onmogelijk. Nee komt niet in mijn woordenboek voor.'

'Oh nee? Dat zullen we nog weleens zien. Weet je moeder dat je dit soort werk doet?'

'Ja,' zei Mike. 'En ze is er zeer over te spreken. Ze is gek op mijn koffiekoekjes.'

'Wat doet ze voor de kost?'

'Ze is kunstenares.'

'Wat doet ze dan de hele dag?'

'Ze fotografeert ongelukken. Hele dagen is ze daar zoet mee. Ik geef het je te doen, ongelukken fotograferen. Je moet net toevallig op het juiste moment op de juiste plaats zijn. Daarom eet ze ook zoveel koekjes. Dan heeft ze wat te doen. Maar dik is ze niet. Dankzij mijn geheime ingrediënt.'

'En dat is...?'

'Dat ga ik natuurlijk niet verklappen. Maar reken maar dat ze ervan smult.'

'En je vader?'

'Die leeft helaas niet meer. Hij is gestorven van de stress, nadat zijn kruidenierswinkel failliet was gegaan. Een groot verlies voor onze economie. Die man wist nog eens wat verkopen was. Jammer alleen dat hij zo goedgelovig was. Dat heeft hem de das omgedaan. Eén verkeerde investering, en alles was weg. Jarenlang hebben mijn moeder en ik over straat gezworven, tot mijn moeder per toeval een verkeersongeval op de foto zette. Dat smaakte naar meer. Ze werd kunstenares, en ik kon weer naar school. Op straat heb ik een hoop geleerd. Onder andere afdingen, slim inkopen, doorzetten en overleven. Weet u wat? Drie doosjes Japanse muntthee voor de prijs van twee, met gratis een zakje koffiekoekjes én een doos echte bonbons van Jacques Fondant. Maar dat is toch echt mijn laatste aanbod.'

'Nee, dank je.'

Mike zuchtte, en zei: 'U bent wel een taaie, moet ik zeggen. Misschien een andere keer?'

'Kleine kans.'

'In ieder geval bedankt voor het luisteren.'

'Niets te danken.'

'Dag, Leo.'

'Dag, Mike.' Leo hing op, en nam een fikse slok van zijn koffie.    
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 5c!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, September 28, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 5a

Hieronder hoofdstuk 5a van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het begin van hoofdstuk 5. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 4d, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

5a


De volgende dag was het vrijdag. Leo had weinig zin om naar zijn werk te gaan, maar was evengoed opgestaan. Hij zat te ontbijten toen zijn vaste telefoon ging. Hij bekeek het display: een verborgen nummer. Hij nam op, en zei: 'Met Leo de Ketter.'

Even bleef het stil. Vervolgens hoorde hij een maniakaal gelach, waarschijnlijk van een man, dat enkele seconden aanhield. Het klonk blikkerig, alsof het mechanisch vervormd was. Meteen daarna werd er opgehangen. Leo bleef even staan luisteren naar de kiestoon, drukte op het rode knopje, en vroeg zich af wie het geweest kon zijn. Eén van zijn collega's, die een grap met hem wilde uithalen? Of één van de vaste bellers van de Kleplijn? Hij haalde zijn schouders op, liep naar zijn eettafel, en ging verder met ontbijten.

Niet veel later klonk er opnieuw gerinkel. Leo zuchtte, liep weer naar de telefoon, en nam op. Zou het dezelfde grapjas zijn? Nee. Het was zijn moeder, Heleen de Ketter-Linkesoep. 'Goedemorgen, Leo,' zei ze, 'ik wilde eens informeren hoe het nu gaat.'

Leo besloot het mysterieuze telefoontje te verzwijgen, en zei: 'Ma, ik heb nu niet veel tijd. Ik moet zo naar mijn werk.'

'Het is waar ook,' zei Heleen. 'Wie is vanmorgen je collega?'

'Tracy Lamshoofd.'

'Ach zo. Doe haar maar de groeten van mij en je vader.'

'Doe ik, ma. Maar ik moet nu echt ophangen.'

'Is goed, zoon. Kom je morgen nog op bezoek?'

'Ja. Rond de gebruikelijke tijd.'

'Oké. Tot dan!'

'Dag, ma.' Leo hing op. Opmerkelijk dat hij twee keer achter elkaar gebeld was. Was de eerste beller soms ook zijn moeder geweest? Wilde ze hem een poets bakken? Hij kon het bijna niet geloven. Zijn moeder zou zoiets toch nooit doen? Hij liep naar de eettafel en ging verder met ontbijten.

Om drie minuten voor negen liep Leo het kantoor van de Kleplijn binnen. Tracy was er al. Ze stond bij de koffieautomaat en zei: 'Goedemorgen, Leo.'

'Goedemorgen, Tracy.'

'Koffie?'

'Doe maar.' Zou Tracy de mysterieuze beller zijn? Nee, daar leek ze hem niet de persoon naar.

Tracy zette één koffie op Leo's bureau. 'Alsjeblieft,' zei ze.

'Dank je,' zei Leo. Hij had inmiddels zijn jas uitgedaan en over zijn stoel gehangen. 'Je moet de groeten van mijn ouders hebben,' zei hij, en ging zitten.

'Dank je wel,' zei Tracy, en nam plaats op haar stoel.

Leo keek haar aan, en vroeg: 'Spreek je ze weleens?'

Tracy knikte. 'Gisteravond nog. Het was erg gezellig.'

Leo trok een wenkbrauw omhoog. 'Waar hebben jullie het over gehad?'

'Over die keer dat ik werd aangevallen door een duif.'

'Jij ook al?'

'Ja. Ik ben bang dat ik nu ook een duivenfobie ga krijgen, net als Valerie.'

'Daar moet je niet mee inzitten...'

'Maar dat zit ik wel. Duiven kunnen het ruiken als je bang bent.'

'Is dat zo?'

Tracy knikte.

Leo blies in zijn koffie, en zei: 'Had je vogelzaad bij je?'

'Nee. Een broodje bal.'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Met of zonder mosterd?'

'Zonder. Die duif wierp zich van de dakgoot, recht op de gehaktbal af. Ze worden steeds brutaler. Het scheelde niet veel of hij had beet gehad. En ik had nog wel zo'n honger.'

'Die duif waarschijnlijk ook,' zei Leo, en nipte van zijn koffie.

'De gemeente moet harder tegen ze optreden. Alle duiven aan het gas. Het is de enige manier.'

Leo fronste zijn voorhoofd. 'Hoe zie je dat voor je?'

'Zodra je een duif ziet, hem vergassen. Het moet natuurlijk wel met gas zijn dat niet schadelijk is voor mensen.'

'Tjonge, radicaal is het wel...'

'Ja. Heb jij weleens last van duiven?'

'Ik zie ze soms op de reling van mijn balkon lopen.'

Tracy keek hem aan, en vroeg: 'Wat doe je dan?'

'Een onverwachte beweging maken. Dan gaan ze meestal wel weg.'

Tracy wreef nadenkend over haar kin, en zei: 'Ziet dat er niet vreemd uit, als je zomaar een onverwachte beweging maakt?'

'Je moet het alleen doen als er een duif in de buurt is. Anders kon er weleens bonje van komen. Je zou bijvoorbeeld kunnen worden opgepakt.'

'Oei, dat heb ik er niet voor over. Dan eet ik maar geen broodje bal meer...'

'Prima,' zei Leo. Prompt rinkelde zijn telefoon.   
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 5b!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, September 21, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 4d

Hieronder hoofdstuk 4d van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het slot van hoofdstuk 4. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 4c, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

4d


Om zes minuten voor één liepen Samantha Hambourge en Kees Vinketeen het kantoor binnen. 'Goedemiddag, heren,' zei Samantha. 'Hoe gaat het hier?'

'Goed,' zei Wouter.

'Veel bellers gehad?' vroeg Kees.

'Eentje maar,' zei Wouter.

'Wie?' vroeg Samantha, en hing haar jas aan de kapstok.

'Ally van Culemborg,' mengde Leo zich.

'Wat had ze te melden?' vroeg Samantha, terwijl ze naar de koffieautomaat liep.

'Niet veel,' zei Leo.

Samantha keek naar Kees, en vroeg: 'Koffie?'

'Doe maar,' zei Kees.

Samantha keek naar Leo en Wouter, en vroeg: 'Jullie ook?'

Beiden schudden hun hoofd.

Wouter keek naar Leo, en zei: 'In Digibeet in de arm komt een personage voor dat veel op Ally lijkt. Een reden te meer om het boek te kopen, Leo.'

'Misschien,' zei Leo.

Samantha gaf Kees een bekertje koffie, keek naar Leo, en zei: 'Ben je op zoek naar een boek om te lezen?'

Leo knikte.

'Dan weet ik nog een hele goeie,' zei ze, terwijl ze voor zichzelf koffie inschonk.

'Welke dan?' mengde Wouter zich.

Samantha draaide zich naar hem toe, en zei met heldere stem: 'Overvolle agenda's, van Mika Hariki. Echt een aanrader.'

'Waar gaat het over?' vroeg Leo.

Samantha blies in haar koffie, en zei: 'Over een vrouw die agenda's steelt. Ik leef echt bij dat boek. Ik heb er veel van geleerd.'

Leo fronste zijn voorhoofd, en zei: 'De naam Mika Hariki zegt me anders niets.'

'Mij ook niet,' zei Wouter.

'Des te meer reden om het boek te gaan lezen,' zei Samantha.

'Hoe heette het ook alweer?' vroeg Wouter, en nam pen en papier bij de hand.

'Overvolle agenda's, van Mika Hariki. Mika is een Japanse Fin, of een Finse Japanner, daar wil ik af wezen.'

'Wat is het verschil?' vroeg Wouter.

'Dat is een lang verhaal,' zei Samantha. Ze wendde zich tot Leo, en vroeg: 'Ga je het lezen?'

'Dat weet ik nog niet,' zei Leo.

Kees nam een slok van zijn koffie, en zei: 'Zelf lees ik geen boeken. Ik krijg er altijd hoofdpijn van. Ik kijk liever tv.'

Samantha fronste haar voorhoofd, en zei: 'Krijg je daar dan géén hoofdpijn van?'

'Nee. Ik doe altijd ontspanningsoefeningen vóór ik ga kijken.'

'Wat kijk je zoal?' vroeg Wouter.

'Monstertruckraces, voetbal, reality-programma's, dat soort dingen. Verzonnen verhalen interesseren me niet. Ik heb eens een horrorfilm gekeken, en daarna nachtenlang wakker gelegen. Wat is daar nu weer het nut van?'

Samantha snoof minachtend, en zei: 'In reality-programma's wordt anders ook een hoop verzonnen, heb ik me laten vertellen. Veel wordt in scène gezet. En bij voetbal heb je matchfixing.'

Kees haalde zijn schouders op, en zei: 'Ze doen maar wat ze niet laten kunnen. Ik lig er allemaal niet teveel wakker van. Als ik 's nachts maar goed slaap.' Hij nam een slok van zijn koffie.

'Heb je nog steeds last van je rug?' vroeg Samantha.

Kees knikte. 'Ik ben vanmorgen bezig geweest met het timmeren van een tafeltje. Daarbij heb ik iets teveel geforceerd. Nu gaat het wel weer. Ik ben altijd al een taaie geweest. Zolang ik kan blijven pingpongen hoor je mij niet klagen.'

'Jacob Torenslinger schrijft veel over invaliden en gehandicapten,' zei Wouter. Hij keek naar Samantha, en vroeg: 'Zou jij uitgaan met een invalide?'

'Dat hangt ervan af,' zei Samantha. 'Hij moet een aangenaam karakter hebben.'

'Dat is nu net het probleem,' zei Wouter. 'Vaak zijn ze door het leven getekend. Behalve Jorge Aldano, vind ik. Zou je daarmee uitgaan?'

Samantha schudde haar hoofd, en nam een slok van haar koffie. Ze keek naar Leo, en zei: 'Ik ken hem eigenlijk niet zo goed...'

Leo keek op zijn horloge: tijd om naar huis te gaan. Hij deed zijn jas aan, groette zijn collega's, en ging op weg.

Thuis plofte hij in zijn fauteuil en las verder in Taxi's op de maan.  
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 5a!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.

Tuesday, September 14, 2021

'De Kleplijn' (roman), hoofdstuk 4c

Hieronder hoofdstuk 4c van de humoristische roman 'De Kleplijn'. Dit is het vervolg van hoofdstuk 4. Lees eerst hoofdstuk 1a t/m 4b, als je dat nog niet gedaan hebt. Veel plezier! Laat me weten wat je ervan vindt!

 

Tom Betoek De Kleplijn humoristische roman tekstballonnen

4c


Wouter keek Leo aan, en vroeg: 'Was dat Ally van Culemborg?'

Leo knikte.

'Een leuke vrouw. Ik zou best een keer met haar uit willen. Althans, als het met Tracy niets wordt.'

Leo trok een wenkbrauw omhoog. 'Heb je dan iets met haar?'

'Nee. Maar ik zou wel graag willen. Tracy staat altijd voor iedereen klaar. En ze is het zonnetje in huis.'

'Goed om te weten,' zei Leo.

'Ja,' zei Wouter. 'Terwijl jij zat te bellen ben ik trouwens op zoek gegaan naar meer informatie over Jacob Torenslinger. Wist je dat hij één oog is verloren tijdens een vakantie in Malawi? Hij is dus zelf ook gehandicapt, net als de mensen over wie hij schrijft. Dat maakt hem alleen maar sympathieker, vind ik.'

'Tenzij hij een ooglapje heeft,' zei Leo. 'Mensen met ooglapjes zijn vaak niet bijster sympathiek.'

Wouter schudde zijn hoofd. 'Hij heeft een glazen oog. Dat wil er nog weleens uitrollen als hij aan het squashen is, zo staat hier. Hij is er zelfs een keer over uitgegleden. Ik zou niet graag een glazen oog willen.'

'Je kunt er wel mee knikkeren.'

Wouter fronste zijn voorhoofd. 'Ik knikker al jaren niet meer. Ik ben ermee gestopt toen ik naar de brugklas ging. Mijn moeder had het me trouwens ook verboden, omdat er een jongen was die steeds mijn knikkers afpakte.'

'Je had beter moeten opletten.'

'Dat deed ik ook. Toch liep hij er steeds mee weg. Mijn moeder trok het niet meer. Ze betaalde zich scheel aan nieuwe knikkers.'

'Won je dan nooit?'

Wouter schudde zijn hoofd. 'Als je knikkers steeds worden afgepakt, valt er weinig te spelen.'

'Die jongen moet je dan nogal in de gaten gehouden hebben.'

'Zeker. Als ik een stap zette, deed hij hetzelfde. Overal waar ik kwam, daar was hij. Hoe hij wist waar ik steeds naartoe ging weet ik niet, en zal ik ook wel nooit weten, want hij zit nu in de gevangenis, na een mislukte bankoverval. Net goed.'

'Tenzij hij weet te ontsnappen,' zei Leo. 'Heb je je knikkers goed opgeborgen?'

'Jazeker,' zei Wouter. 'Ik heb ze in bewaring gegeven bij mijn nichtje. Die zit op judo.'

Leo trok een wenkbrauw omhoog. 'Judo? Waarom?'

'Er is veel gevaar op straat.'

'Ja, maar tegen een bankovervaller kun je met judo weinig uitrichten, lijkt me.'

'Daar zou je nog versteld van staan. Mijn nichtje is razendsnel. Voor je het weet, lig je op de grond. Ze heeft het laatst bij me voorgedaan, toen ik bij haar ouders op bezoek kwam. Vóór ik mijn jas uit had, lag ik al. We konden er wel om lachen, al had ik een gekneusde rib.'

'Toe maar. Hoe ben je daarvan hersteld?'

'Door zo weinig mogelijk te lachen.'

'Terwijl lachen nu juist zo gezond is.'

'Ja, maar niet als je een gekneusde rib hebt. Vooral 's nachts had ik er last van. Badend in het zweet werd ik dan wakker. Steeds zag ik de grond op me af komen, en hoorde ik mijn nichtje lachen. Ze heeft een zeer aanstekelijke lach.' Wouter keek Leo aan, en vroeg: 'Heb jij nichtjes of neefjes?'

Leo schudde zijn hoofd. 'Ik ben enig kind.'

'Lig daar maar niet wakker van. Mijn zus heeft haar handen vol aan Kim, zoals ze heet. En dat zal nog wel blijven duren ook. Tracy heeft nooit op judo gezeten, zo vertelde ze me onlangs. Daar was simpelweg geen geld voor bij haar thuis.'

'Tjonge...'

'Ja...' Wouter keek naar zijn beeldscherm, en zei: 'Ik zal eens kijken wat ik nog meer kan ontdekken over Jacob Torenslinger.'

'Doe dat,' zei Leo. Hij dronk zijn koffiebekertje leeg en ging verder met zoeken naar geschikt leesvoer op internet. Hij speurde meerdere webwinkels af, maar vond niets dat hem echt aansprak, mede omdat Wouter niet kon nalaten om nu en dan een weetje over Jacob Torenslinger te spuien.  
 
 


Klik hier voor hoofdstuk 4d!




(c) Copyright Tom Betoek 2015-heden. All rights reserved.

Iedere overeenkomst met bestaande personen, instanties of producten berust op toeval.